Dwalingen van de moderne kerk 2 - aanpassing in plaats van heiligingDoor Roelof Ham 1. Inleiding In onze serie over gevaarlijke dwalingen in de moderne kerk zijn we aangeland bij dwaling twee: aanpassing in plaats van heiliging. Hiermee bedoel ik dat we als christenen ons steeds meer conformeren en aanpassen aan de moderne tijd met haar (veelal goddeloze) inzichten, zonder dat wij ons op de Bijbel en Gods wil baseren. Nu hoeven de inzichten van de wereld en die van God en Zijn wil niet per definitie een tegenstelling te vormen, maar helaas is dat tegenwoordig vaak wel het geval. En wanneer het dan schuurt, kiezen velen voor de (niet zelden gemakkelijkere) weg van meebuigen in plaats van staan op/voor Gods Woord. 2. Drie voorbeelden Laat ik dit verduidelijken met drie voorbeelden uit de praktijk (uiteraard geanonimiseerd). Het eerste voorbeeld gaat over een man die tot geloof komt. Laten we hem broeder X noemen. Broeder X is van huis uit niet met het christelijk geloof opgevoed en ook zijn familie, inclusief zijn vrouw, is niet bekend met God, het evangelie of de Bijbel. Broeder X komt tot geloof door een Alpha-cursus. Hij wordt na zijn bekering en op grond van zijn geloof gedoopt en begint na zijn wedergeboorte aan zijn wandel met God. Na verloop van tijd komt ook zijn vrouw tot geloof, wat mij en andere christenen om hen heen zeer verheugt. Broeder X is na zijn doop een keer of wat in de kerk geweest, maar is daarna afgehaakt; we zien hem helaas nooit meer. Zijn vrouw heeft na haar bekering echter wel de behoefte om gehoorzaam te zijn aan Gods Woord en wil wel naar de gemeente, maar broeder X blijft bij zijn standpunt: hij wil niet. Het is niet nodig, meent hij, want hij is gered en dat is genoeg. Al het andere doet er niet toe en is bijzaak. Genade is genoeg, en ‘nu leef ik zoals ik dat wil en daar past voor mij verplichte kerkgang niet bij.’ Dat is zijn redenatie. Kom niet aan met allerlei regeltjes, daar zit hij niet op te wachten. Op zondag slaapt hij liever uit of gaat hij wat leuks doen met zijn kinderen. Het tweede voorbeeld komt uit mijn contact met een collega-voorganger. In gesprek met hem vertelt hij over een ontmoeting van voorgangers waar hij oude studiegenoten en vrienden heeft ontmoet uit het werkveld. Mijn collega is uitgesproken in zijn meningen en opvattingen op veel controversiële en gevoelige onderwerpen en tijdens de ontmoeting vertellen collega’s en vrienden hem dat zij dat ook wel zouden willen, maar dat niet durven. Als zij hun gemeenteleden, laat staan de wereld, zouden wijzen op de noodzaak van een heilige levenswandel, ook als het schuurt, zouden ze worden afgeschoten door de buitenwereld maar ook door de eigen gemeente. En die strijd willen ze niet aangaan. Uit angst buigen ze liever mee en veroorzaken ze liever geen deining. Aanpassen is gemakkelijker dan heiliging. Het derde voorbeeld komt uit mijn eigen ervaringen als voorganger. Jaren terug werd ik gevraagd om met iemand in gesprek te gaan over een immorele levenswandel. Samen met een oudste kwam ik bij het betreffende gemeentelid op bezoek en gingen we het gesprek aan. Tijdens het gesprek stuitten we op weerstand. De broeder gaf aan dat hij het niet zo zwaar inzag. Wat is er verkeerd aan? vroeg hij zich af. De wereld vindt het heel normaal, het mag van de Nederlandse wet, dus wat is dan het probleem? Wij wezen hem op Gods Woord waarin een andere weg wordt voorgehouden. Hij reageerde met de woorden: ‘Ach, God begrijpt mij wel.’ Oftewel: ja, de Bijbel is duidelijk, maar voor mij gelden deze regels in dit geval niet. God ziet er wel doorheen. Dit moet kunnen. Er was geen verlangen tot heiliging, maar wel tot aanpassing aan de wereld. En nogmaals, deze drie voorbeelden komen – weliswaar geanonimiseerd – uit de praktijk van het christen-zijn vandaag de dag. Drie voorbeelden van aanpassen en meebuigen met de wereld en goddeloze mensen om ons heen, in plaats van dat we serieus luisteren naar wat God ons in Zijn Woord te leren heeft en daarvoor durven staan. 3. De noodzaak van heiliging, een bijbelse doordenking Laten we bij het begin beginnen. Heiliging betekent niet dat we onze verlossing of redding kunnen of moeten verdienen of dat we daar zelf iets aan bijdragen, want onze verlossing is alleen gebaseerd op genade, om niet verkregen door Jezus onze Heer. Heiliging betekent wel dat als we gered zijn door die genade, we in dankbaarheid en liefde onze Heer volgen door ons solidair te laten maken aan Hem. Dit is wat ‘heilig zijn’ letterlijk betekent. Het Hebreeuwse woord voor heilig zijn ‘kadosh’ verwijst hiernaar. Het is een wezenskenmerk van God dat Hij ‘kadosh’ (heilig) is. En wij worden opgeroepen Hem te weerspiegelen in ons leven als Zijn kinderen en dus moeten ook wij ‘kadosh’ zijn. Dit gold al voor het volk Israël in het Oude Testament. In Leviticus 11: 44 bijvoorbeeld lezen we: ‘Ik ben de Heer, jullie God. Jullie moeten heilig zijn. Wees heilig, want ik ben heilig.’ En Petrus herhaalt deze oproep in het Nieuwe Testament in zijn brief aan de Gemeente: ‘Wees als gehoorzame kinderen en geef niet opnieuw toe aan de begeerten waardoor u vroeger, toen u nog onwetend was, werd beheerst, maar leid een leven dat in alle opzichten heilig is, zoals Hij die u geroepen heeft heilig is. Er staat immers geschreven: ‘Wees heilig, want ik ben heilig’ (1 Petrus 1: 15, 16). Dit heilig zijn betekent daarmee dus ook apart gezet zijn. Immers als wij op God lijken en willen zijn zoals Hij, dan zijn we per definitie anders dan de wereld die God niet kent en die niets van Hem wil weten. Apart gezet zijn is daarmee ook een element van heilig zijn, want heiligheid betekent dus een leven afgescheiden van de wereld. De wereld van God (Zijn Koninkrijk) is niet verenigbaar met de wereld van de mens, die uiteindelijk de wereld van de duivel is (in 2 Kor. 4: 4 wordt de tegenstander niet voor niets de ‘god van deze wereld’ genoemd). De Bijbel is daarover glashelder en niet mis te verstaan. ‘Trouwelozen!’ zegt Jakobus in Jakobus 4: 4, ‘Beseft u dan niet dat vriendschap met de wereld vijandschap jegens God betekent? Wie bevriend wil zijn met de wereld, maakt zich tot een vijand van God.’ En Johannes leert ons in 1 Johannes 2: 15: ‘Heb de wereld en wat in de wereld is niet lief. Als iemand de wereld liefheeft, is de liefde van de Vader niet in Hem, want alles wat in de wereld is – zelfzuchtige begeerte, afgunstige inhaligheid, pronkzucht – dat alles komt niet uit de Vader voort maar uit de wereld.’ In de praktijk van het leven van een christen komt heiliging daarbij neer op zelfverloochening, een derde element van heilig zijn. Hoe doen we dat, die zelfverloochening? Door naar Jezus te kijken en Hem na te volgen. Jezus is immers de Zoon van God en Hij openbaart ons de Vader. Als wij die Vader willen weerspiegelen, kijken we dus naar Hem. We volgen Hem na, we handelen zoals Hij en in Zijn voetstappen treden wij. Dat is de bedoeling en dat gaat ten koste van je eigen verlangens, begeerten en wensen als op jezelf gericht mens. In het volgen van Jezus gaat het namelijk niet meer om jou en je eigen leven, maar om Christus alleen. Jezus beschrijft dit proces dan ook letterlijk als jezelf verloochenen. ‘Wie achter mij aan wil komen, moet zichzelf verloochenen, zijn kruis op zich nemen en mij volgen’ (Matteüs 16: 24). We leven niet meer voor onszelf, maar voor de Heer. Dat is het doel. Dit lijkt alles bij elkaar misschien een zware last. Dat vonden mensen in de tijd van Jezus ook al. In Johannes 6: 60 lezen we de reactie van mensen op Jezus’ boodschap: ‘Dit zijn harde woorden, wie kan daarna luisteren?’ En velen lieten Hem vervolgens in de steek. En wellicht denk jij ook: waarom zou een modern mens die zoveel mogelijkheden heeft als wij vandaag de dag dit in vredesnaam doen? En daarboven, wie kan dit? Maar besef dan dat heiliging niet ons eigen werk is. Wat ik beschrijf is een uitwerking van de redding door Jezus. Als wij tot geloof komen, worden we nieuwe mensen. Jezus zelf spreekt in Johannes 3: 3 over opnieuw geboren worden. Dat betekent dat we iets nieuws zijn geworden, dat wij een nieuwe schepping zijn. Vanuit onszelf kunnen we nooit heilig zijn of worden, maar vanuit de verlossing en wedergeboorte en de kracht van de Heilige Geest kunnen we gaan groeien in die heiligheid door wat Jezus door de Heilige Geest in ons uitwerkt. Vanuit redding wordt het mogelijk om het proces van heiliging aan te gaan. Jakobus beschrijft dat heel mooi. In Jakobus 2 legt hij uit dat waar geloof uitwerking krijgt in de praktijk van het leven. Vanaf vers 14 lezen we: ‘Broeders en zusters, wat heeft het voor zin als iemand zegt te geloven, maar hij handelt er niet naar? Zou dat geloof hem soms kunnen redden? … Zo is het ook met geloof: als het zich niet daadwerkelijk bewust bewijst, is het dood.’ Let wel, Jakobus pleit hier dus niet voor een geloof en redding door werken. Hij laat juist zien dat redding voor werken zorgt, want waar geloof zichtbaar werkt, blijkt de echtheid ervan in de praktijk. Zo niet, dan is er geen sprake van werkelijk geloof, want heiliging is een logische consequentie van gered zijn. En natuurlijk zijn we niet perfect en zullen we steeds weer falen op die weg – het is een proces van vallen en opstaan – maar de intentie is er in ons hart en met de tijd zullen we veranderen, ontwikkelen en groeien. Dit kan ik met overtuiging en zekerheid schrijven, omdat de Heilige Geest ons als verloste zondaren en kinderen van God gegeven is. En die Geest, die Gods Geest is en die daarom zelf ook Heilig (‘kadosh’) is, heiligt ons. Zo geeft Hij ons gaven om in te zetten ten bate van het lichaam (1 Kor. 12) en laat Hij ons vrucht dragen zoals Galaten 5: 22 en 23 tonen. Dit vrucht dragen is heiliging. Kortom, heiliging is een normaal, gezond onderdeel van een gelovig leven, volgend op de redding door Jezus en Zijn offer aan het kruis voor onze zonden. De Heilige Geest wordt ons gegeven als eerste onderpand en belofte van het heil dat we daarin verkrijgen. Dit geloof doet ons opnieuw geboren worden en dat blijkt in de praktijk. Niet uit moeten, maar uit liefde en dankbaarheid gaan wij de weg achter Jezus aan. Wij willen op Hem lijken en zo groeien in geloof. De Geest van God en de werking van de genade maakt dit ook mogelijk. Het gaat soms in kleine stapjes, soms met vallen en opstaan, maar het gaat en het groeit met de tijd. In dit licht bezien, is het dan ook begrijpelijk dat de Bijbel ernstige woorden spreekt over de noodzaak van heiliging. Hebreeën 12: 14 zegt het aldus: ‘Streef ernaar in vrede te leven met allen en leid een heilig leven; wie dat niet doet zal de Heer niet zien.’ 4. Praktisch: heiliging of aanpassing in onze tijd? Wij leven – naar mijn inzicht meer en meer – in goddeloze tijden. Velen in onze tijd zijn losgeslagen en stuurloos, ja van God los[1], omdat men geen hogere macht meer erkent. In alles is de mens zelf de norm geworden. Hij is autonoom in de letterlijke betekenis van het woord auto-nomos, zichzelf tot wet. Dat maakt het motto van onze tijd gelijk aan het aloude en duivelse credo ‘doe wat je wilt, jij bent je eigen god’. Immers als het goed voelt, je brengt er geen schade mee toe aan derden en de Nederlandse wet laat het toe? Ga ervoor! Sterker nog, laat je zelfs niet zomaar tegenhouden door de wet. Die kan ook aangepast worden als wij dat met elkaar willen. Wetten en regels zijn evenzeer plooibaar en onderworpen aan ons, want ook zij dienen ten diepste onze verlangens. Doe wat jij wilt! Onze Nederlandse samenleving is decennia geleden voor het eerst deze verkeerde weg op gegaan en dat heeft helaas zijn negatieve uitwerking gekregen. Kennis van God en Zijn Woord is ver te zoeken. Er is steeds minder begrip voor standpunten gebaseerd op de overtuiging dat de Bijbel waar is en moet worden aanvaard als leidraad voor het leven. Dit uitgangspunt wordt simpelweg niet meer getolereerd door een steeds groter wordende groep mensen. Zo gauw vanuit Gods Woord standpunten naar voren komen die vraagtekens zetten bij bepaalde keuzes van de huidige maatschappij of bij de vrijheid die het individu denkt te hebben, ontstaat er wrevel. Er is steeds minder acceptatie. Als je bijvoorbeeld anders denkt over de waarde van het leven, of dat nu ongeboren is of in de laatste fase van het bestaan, word je niet meer serieus genomen door het zogenaamde ‘verlichte’ deel van de natie. Immers, geen verstandig mens met enig intellect, gelooft toch nog? Geloven is voor dommen, eenvoudigen, zwakken en dwazen. Je zult wel gek zijn om te luisteren naar een externe autoriteit die ons vertelt wat leven is en wat de waarde ervan is! De moderne mens is hooghartig en koestert zijn vrijheid om zelf te kiezen en zijn hart achterna te gaan, ook al is dat slecht. Hij laat zich niets gelegen liggen aan een God die waarschijnlijk toch niet bestaat en bedacht is door ons. Dat is wat men denkt. Als ik het maar goed vind of het goed kan praten voor mezelf. Maar God is realiteit en Hij is niet onduidelijk over wat Hij als God vindt. Hij is de Heer van hemel en aarde en Hij laat zich gelden in de geschiedenis van de wereld. Hij bepaalt, want Hij overziet het geheel. Hij is wijzer dan de mens en weet de diepte van goed en kwaad te peilen voor wat het is. Daarom geeft Hij ons Zijn Woord en Zijn leefregels. Als de Verheven Schepper overziet Hij Zijn plan in majesteit en deelt Hij het goede en wat het goede leven is, met ons. Zijn Woord is duidelijk: vertrouw niet op eigen inzicht, maar ken de Heer in al je wegen en Hij zal je paden recht maken (Spreuken 3: 5-6). De mens is niet wijs genoeg om alles te overzien, hij is slecht en zondig in zijn hart. Als wij onszelf tot wet zijn, lopen we daarom binnen de kortste keren vast in zonden en de gevolgen ervan. Al in het verhaal van Adam en Eva in de Bijbel (het allereerste verhaal!) zien we de waarheid hiervan. Zo gauw mensen besluiten om Gods wijze leefregels naast zich neer te leggen en zelf de dienst uit te maken, gaat het onmiddellijk fout (Genesis 2, 3). In zekere zin is het gehele Oude Testament de weerslag van wat er gebeurt als mensen steeds maar weer hun eigen weg gaan en niet naar God luisteren. Steeds herhaalt het patroon zich namelijk van hoe God de mensen naar zich toetrekt en hoe dan de zegen volgt, maar ook dat na enige tijd de mens toch weer valt in de oude zonde door zichzelf op de troon zetten en God en Zijn regels te vergeten. Dan komt het onheil en de ellende als gevolg daarvan over de mens. Deze oproep klinkt daarom door het hele Oude Testament heen: keer terug naar God, zoek Hem, dien Hem en volg Hem, want ‘Uw Woord is een lamp voor mijn voet en een licht op mijn pad’ (Psalm 119: 105). 5. Drie voorbeelden van heiliging en onze zucht naar zelfverlossing God heeft dus wat te zeggen en dat deelt Hij met ons. Over leven en dood bijvoorbeeld. God is degene die het leven geeft aan de mens (Genesis 2), Hij weeft ons al kunstig in de buik van onze moeder en ziet ons als we nog niet geboren zijn (Psalm 139). Al onze dagen zijn in Zijn hand (Psalm 31). Hij ziet ons vormeloze begin, maar ook ons einde. Dat is onze God. Hij geeft ons verder zijn plan voor man en vrouw en leert ons over de plek van seksualiteit. Hij schiep man en vrouw als complementair en het is Zijn wil dat zij samenkomen als paren en één worden met elkaar (Genesis 2: 22). Het gaat hierbij om één man en één vrouw (2 Tim. 3, 1 Kor. 7). Seksualiteit is het geschenk dat God daarbij geeft als bindmiddel van liefde, als kroon op een relatie van trouw en toewijding tussen twee mensen. Het is iets om van te genieten met elkaar en misschien wel om de zegen van kinderen uit te mogen ontvangen. God leert ons daarnaast hoe om te gaan met geld en goed en de begeerte ernaar (hebzucht). Hebzucht is de bron van veel ellende. Paulus is scherp in zijn formulering in 1 Timoteüs 6: 10: ‘Geldzucht is de bron van alle kwaad.' Je kunt niet God dienen en de mammon, zo spreekt de Heer Jezus in Matteüs 6 en Lukas 13 en dat is waar. Het is een ontnuchterende waarschuwing voor alle mensen die God willen volgen. En zo kunnen we doorgaan. God vraagt wat van de mens en zijn kinderen. Hij geeft ons zijn richtlijnen voor het hele leven. Wij moeten onszelf niet voor de gek houden dat wij het wel weten en dat wij de problemen kunnen oplossen. Neem de moderne obsessie met ‘de wereld redden van het klimaat’ (in zichzelf al een vreemde en misleidende uitdrukking). Dat kunnen wij helemaal niet. Het is een illusie dat wij de wereld kunnen redden van haar problemen. Ja, we kunnen veel zelf en wij moeten ook ons inzetten voor het onderhouden van Gods schepping als (ver)zorgers en rentmeester, maar de utopie van het perfecte zullen wij niet bereiken. We zullen altijd en voortdurend weer tegen onze eigen beperkingen aanlopen, tegen ons zondige hart vol hebzucht, gemakzucht en slechtheid. Er zullen daarom altijd weer problemen zijn, blijven en komen met het klimaat, met milieuvervuiling, rampen, uitbuiting, oorlogen en wat niet meer zij. Het grote probleem van de mens is namelijk zijn zondigheid. Romeinen 8: 20-22 leert dat de schepping gebukt gaat onder de zonde, dankzij hem die de schepping daaraan heeft onderworpen. Die ‘hem’ dat zijn wij, de mensheid. Alles gaat kapot, omdat de zonden van mensen het aantast. Het zondeprobleem (ons zondeprobleem) is de diepste oorzaak van alle ellende en dat kan alleen de Heer herstellen. En gelukkig zal Hij dat ook doen (lees daarvoor bijvoorbeeld de rest van Rom. 8 maar)! God Zelf heeft een plan en dat plan draait om Jezus. Hij is de Verlosser, Hij bevrijdt, Hij brengt redding. Dat geldt voor mensen in hun eeuwige bestemming en zielenheil, maar ook voor de schepping en de wereld. We zijn op weg naar een nieuwe hemel en een nieuwe aarde (Opb. 21). We hoeven niet af te wachten in machteloosheid, we mogen en moeten de verantwoordelijkheid van heiliging op ons nemen en de handen uit de mouwen steken, maar God alleen kan en zal het ooit definitief rechtbreien. Onszelf verlossen kunnen we niet. En toch buigen wij steeds meer en steeds verder met de wereld mee. We kennen tegenwoordig regenboog-kerken (waar de LHBTI-kwestie op de voorgrond staat en diversiteit gevierd wordt), groene kerken (waar een betere wereld door ons handelen in de natuur en onze omgang met het milieu wordt verkondigd), inclusieve kerken (waar iedereen welkom is en er geen oordeel meer wordt uitgesproken, want God houdt van iedereen en dat is alles wat ertoe doet). In de evangelische wereld kennen we al decennialang zoeker-gerichte kerken waarin we vormen, maar ook vaak de inhoud van de boodschap van het evangelie en de Bijbel aanpassen, zodat mensen van buiten zich er makkelijker thuis voelen (het gevaar van genade zonder waarheid is daar groot, zie hiervoor artikel 1). Er zijn kerken waarin de standaarden van God Zelf voor relaties en seksualiteit niet meer worden erkend en waar men veel verder gaat op dit terrein in navolging van de opvattingen in de samenleving hierover. Ik verwijs ter illustratie naar predikant Wielie Elhorst, die door de PKN aangesteld is voor de LHBTI-zaak (de ‘homo-dominee’ of ‘roze dominee’ zoals hij wordt genoemd) en die al in 2021 schreef dat hij graag de eerste predikant wilde zijn die ‘een huwelijk bevestigt tussen drie mensen in de kerk’.[2] En steeds meer klinkt vanuit ook het protestantse deel van de kerken in ons land, dat het allemaal niet zo veel uitmaakt welk godsdienstig pad je volgt. We aanbidden uiteindelijk allemaal hetzelfde. Al de verschillende richtingen die er zijn, zijn allemaal andere wegen naar hetzelfde doel. In religieus opzicht leiden alle wegen naar Rome, om het zo uit te drukken. Niet alleen binnen het christelijke erf, maar ook met de islam, met het boeddhisme of met een eigengemaakte New Age spiritualiteit kom je er wel. 6. Mogelijke oorzaken voor neiging tot aanpassing Dit aanpassen zien wij in onze tijd dus overal om ons heen. Je kunt je afvragen waarom dit zo gaat, waarom wij zo makkelijk meebuigen? Deels komt het voort uit de gedachte dat we oprecht voor het goede kiezen als we meebuigen als christenen. De meerderheid in de samenleving ziet iets immers als goed, dus zal het wel goed zijn. Juist het geaccepteerde en dominante narratief inzake een onderwerp krijgt ongehinderd ruimte in het publieke domein. Er is geen tegengeluid en het wordt gevierd. Of anders gezegd: de gangbare en in de ogen van de mensen ‘juiste en ware’ opvatting over een onderwerp, wordt ons op alle mogelijke manieren door de strot geduwd. Neem ter illustratie het pro-abortus standpunt dat in Nederland altijd maar weer openlijk wordt gedeeld als normaal en logisch en waar zelden tot nooit kritische vragen over worden gesteld in de media. Een ander voorbeeld zijn kwesties rond LHBTI. Als ik dit schrijf is de ‘pride-month’ aan de gang en worden we bedolven onder positieve aandacht voor de LHBTI-zaak, gender en alles wat daarbij hoort. Er klinken weinig tot geen kritische geluiden. Er worden geen lastige vragen gesteld. Alles moet maar kunnen, want jij mag zijn wie je wilt zijn. Het is normaal, iedereen lijkt het goed te vinden en dus buigen we mee. Maar dit meebuigen komt misschien nog wel meer voort uit het feit dat we verkeerde uitgangspunten hebben in ons geloof, onze theologie en onze visie op de Bijbel. Dat begint al met een gebrek aan kennis van Gods Woord. Steeds meer geldt dat Gods volk ten onder gaat aan een gebrek aan kennis in ons land. En mede door dat gebrek komen we tot slechte exegeses en verkeerde theologie. Daarnaast zijn steeds meer christenen de mening toegedaan dat Gods Woord ook maar een visie is. Dat dit een onbijbels uitgangspunt is (lees bijvoorbeeld Psalm 110, of 2 Tim. 3: 16) houdt hen daarbij niet tegen. Zij geloven dat de waarheid zich altijd doorontwikkeld en niet absoluut is (wat niet klopt met bijvoorbeeld Johannes 14: 6) en dat daarom de Bijbel dus (deels) achterhaald is of kan zijn. Of ze geloven dat God een idee is, door mensen bedacht. God is dan een verhaal, niet een werkelijkheid buiten ons. Dat verhaal van God geeft ons vastheid omdat het idee van God ons plaatst in een groter kader. Maar God werkelijk als een geestelijk wezen, een persoon en de Heer van alles in de hemel? Nee, dat is niet waar. En zo komt alles op losse schroeven te staan. Ten diepste echter denk ik dat het probleem van meebuigen in plaats van heiliging te maken heeft met angst. We zijn volgens mij heel angstig om ook maar iemand voor het hoofd te stoten en onze kop boven het maaiveld te steken. We willen vooral mensen bereiken met het evangelie en willen daarbij aantrekkelijk zijn. We willen geen ruzie of onenigheid en willen niet lijden om ons geloof en onze overtuigingen. We zijn bang om bevraagd te worden, bang om er niet bij te horen, bang om onze verworvenheden te verliezen, bang om ‘schade’ te lijden. We zwijgen liever en spreken ons maar niet uit. Zolang je immers niet aan de boom schudt valt er ook niets op je hoofd. Een voorbeeld uit mijn eigen leven als voorganger schiet mij te binnen. Ik had contact gekregen met zoekers naar God. Zij kwamen een paar keer naar onze diensten en ik had met een van hen gesproken en gebeden. Ze waren op weg naar de Heer. Voor mijn gevoel waren ze dichtbij bekering. Maar ze kwamen niet zover, want op een dag werd ik gevraagd naar het ‘homo-standpunt’ van mijn gemeente. Ik legde daarop de bijbelse uitgangspunten uit die wij heiligen en sprak met hen over genade en de kracht van Jezus. Ik liet zien dat we helder en in waarheid vanuit Gods Woord zaken op een bepaalde manier beschouwen, maar dat we tegelijkertijd liefde hebben voor mensen en dat we niemand uitsluiten van genade. Ik heb ze daarna nooit meer gezien. Had ik dan maar kool en geit moeten sparen, zodat ze waren blijven komen? De gedachte schiet wel eens door mijn hoofd. En toch was dat niet goed geweest, is mijn conclusie dan steeds weer. Gods Woord is een tweesnijdend zwaard en we moeten geen dingen uit de weg gaan. Dat is niet oprecht en zeker niet liefdevol. Het is een half evangelie, want liefde en waarheid gaan hand in hand, zo schreef ik al in artikel één uit deze serie. Toch zie ik om mij heen dat niet velen dit nog zo zien of ernaar handelen. We mijden liever de confrontatie, we pappen en we spreken ons niet uit. In onze gemeenten draaien we om dingen heen en laten we het maar rusten. Maar met heiligheid heeft dit niets te maken. Zelfverloochening als derde kenmerk van heiliging is tegenwoordig een groot probleem voor mensen in ons deel van de wereld. We zijn daar maar moeilijk toe te bewegen, ook als christenen. We willen ook niet apart gezet zijn, want dan vang je wind en word je daarop aangekeken. En wie wil dat nou? Dat kost je wat en we hebben zoveel te verliezen, want we hangen meer aan de wereld en onze verworvenheden dan aan Christus en wat we van Hem hebben gekregen in verlossing en redding. 7. Conclusie: een oproep tot heiliging En toch is heiliging essentieel. Niet aanpassing, maar heiliging leidt tot eeuwig leven. Het is een noodzakelijke uitwerking en gevolg van redding. Zonder heiliging ontbreekt er iets. Dit is dusdanig ernstig dat je dan niet eens kunt spreken van echt geloof. Het is zelfs zo ernstig dat je zonder heiliging de Heer niet zal zien (Hebr. 12: 14). Deze bijbelse waarheden gelden evenzo voor de kerk van het rijke Westen als voor de kerken van de tijd van de Bijbel. Ze gelden evenzo en evenzo radicaal voor jou en mij. Laten we daarom niet meebuigen, maar durven staan waarvoor we staan. Op basis van Gods Woord en Zijn leefregels, op basis van kennis en inzicht in de Bijbel, geleid door God en Zijn Geest. Laten we niet bang zijn om anders te zijn en onszelf te verloochenen. In heiliging en toewijding leven is ook een kans, daar ben ik van overtuigd. Want hoeveel ongelovigen voelen niet aan dat het zo niet goed gaat, dat er dingen fundamenteel verrot en kapot zijn in onze maatschappij. Zij zoeken antwoorden en die hebben wij toch in Jezus en zijn evangelie! Laten we hen dat in heiliging en in een heilige levenswandel duidelijk maken! Dat men mag zien dat wij blijmoedig, trots en vanuit genade en verlossing onze weg willen en kunnen gaan als heiligen die geheiligd zijn in Christus. Dat we zo ons licht laten schijnen, wat er ook gebeurt. Aanpassing leidt tot niets. Misschien dat we het hier en nu even makkelijker hebben, maar de kracht van het evangelie lekt weg. Uiteindelijk blijft er niets over. Niet aanpassing, maar heiliging is wat de Gemeente van Jezus en de kinderen van God nodig hebben vandaag de dag. Het is de enige weg! Noten: [1] Zie bijvoorbeeld: https://www.bnnvara.nl/vangodlos [2] Zie: https://winq.nl/articles/232367/wielie-elhorst-column-openstelling-huwelijk/ Niets uit dit artikel mag worden zonder uitdrukkelijke toestemming van de stichting en de auteur/vertaler worden overgenomen, gekopieerd of gebruikt worden. Uiteraard mag volgens de gangbare regels van bronvermelding er wel naar verwezen worden in andere publicaties. Neem bij twijfel eerst contact met ons op via het contactformulier.
0 Comments
|