De Hel helpen verhelderen.
door drs W.J.A. Pijnacker Hordijk
De hel helpen verhelderen. ©
Inhoud
1. Inleiding
2. What? The Hell?
3. Termen
4. Wat is de hel?
5. Hoe kan een God van liefde tegelijk vervuld zijn van toorn en woede?
6. Godsbeelden
7. Gradaties in straf
8. Duurt de eeuwige verdoemenis wel eeuwig?
9. Voor wie is de hel?
10. Het eindoordeel
11. Consequenties
Bijlage: Zes standpunten over de hel met enigen van hun aanhangers.
Literatuur en noten
1. Inleiding
De volgende studie bied ik met schroom aan. Ik wil graag bescheiden blijven bij dit grote thema. Ook mijn kennen is onvolkomen.
Vaak hoor je alleen bij begrafenissen iets over het leven na de dood. Over de doden niets dan goeds. Dan wordt er meestal positief van uitgegaan dat deze overledene in de hemel is bij God, en dat dat voor alle gestorvenen geldt. Maak je dus geen zorgen, want het komt voor iedereen allemaal goed. Mede daardoor zijn steeds minder mensen in het westen ‘Spaans benauwd’ voor de hel. Steeds meer mensen zijn over de hel onverschillig of denken dat die niet bestaat of zal bestaan, maar bezitten zij echter een valse rust?
2. What? The Hell?
Hoe bekend is de hel eigenlijk? Terwijl in de christelijke wereld de hel steeds meer naar de achtergrond lijkt te schuiven, is de hel in de wereld een veel voorkomend maar, naar ik vrees, niet zo serieus genomen fenomeen.
Heilsuniversalisme of alverzoening (iedereen wordt gered) is populair. Bovendien is er nog het geloof in het door mensen bedachte vagevuur ter loutering en boetedoening ter verzachting van de straf en neemt het geloof in reïncarnatie toe. De hel zelf is dus vreselijk uit de mode. Alhoewel, in computerspelen als ‘Doom’ en in de moderne muziek[1] blijkt de hel toch wel populair. Boeken, films, muziek, spellen met de titel ‘inferno’ blijken er in overvloed te vinden. Hell’s Angels Motorcycle Club is de naam van een internationale motorclub. De naam Hell's Angels is afkomstig van een gelijknamige film uit 1930. Nadat een B-17 Flying Fortress-bommenwerper met de bijnaam Hell’s Angels in 1943 als eerste 25 bombardementsvluchten had voltooid, nam de hele ‘bomb group’ deze bijnaam aan.
Een opinieonderzoek in 2012 onder duizend christenen uit de breedte van kerkelijk Nederland in opdracht van het Nederlands Dagblad en het EO-programma Door de wereld leverde een opmerkelijke uitkomst. Slechts 27 % van de ondervraagden gelooft in een hel.
Aanleiding voor dit onderzoek was het boek Love Wins[2] van de Amerikaanse evangelische voorganger Rob Bell, volgens Time Magazine een van de meest invloedrijke christelijke leiders van onze tijd.[3] In zijn omstreden bestseller ontkent Bell het bestaan van de hel.[4] Zijn leer wordt aan de kaak gesteld o.a. door Oscar Lohuis.[5] Ook Bart Repko heeft afgerekend met het klassieke geloof in de hel, eveneens met tegenspraak.[6]
Godsdienstsocioloog Hijme Stoffels deed in 1997 onderzoek over geloof in de hel bij de EO-achterban.[7] Toen geloofde nog 80 % in het bestaan van de hel, maar slechts 35 % meende dat ieder die Jezus Christus niet als zijn persoonlijke Verlosser kent, naar de hel gaat. Waardoor heeft men zich bij de beantwoording laten leiden? Wie kan zich een preek over de hel herinneren?
Jezus is neergedaald naar de hel (verkeerde vertaling; in de grondtekst staat: dodenrijk) en opgevaren ten hemel. Op zich feilbare geloofsbelijdenissen, die de mainstream binnen het christendom weergeven, zijn op het punt van de hel heel erg uitgesproken.[8] Dodenrijk en hel blijken wel makkelijk met elkaar te worden verward. Eigenlijk moeten we zeggen dat Jezus niet in de hel, maar in het dodenrijk was; de hel is immers nog leeg, zoals ik verderop hoop te verduidelijken. Uit geschriften van de kerkvaders blijkt reeds hun overtuiging van de toekomstige realiteit van de hel.[9]
De oude confronterende poster met de twee wegen uit Mat.7:13, 14, waar de smalle weg in de hemel en de brede in de hel eindigt, heeft hemel en hel op menselijke wijze afgebeeld, want op een andere wijze kunnen we deze niet voorstellen. Bestaan er überhaupt wel een hemel en hel? Met het verdampen van de hel heeft de dood zijn ‘afschrikwekkendheid’ verloren. Consequentie is dat er in het (eventuele) hiernamaals niets meer is te vrezen en er niets meer is om naar uit te zien. Indien er geen hiernamaals is, moet je in dìt aardse leven er zoveel mogelijk uit zien te halen, want straks is er geen vereffening in de zin van beloning of vergelding meer. Echte goddelozen echter hebben geen angst voor de hel. Anderzijds: indien er geen of een tijdelijke hel is, lijken rechtvaardigen (die zich terecht of onterecht zo beschouwen) er geen angst voor te hoeven hebben.
De orthodoxie gelooft echter dat de hel wel degelijk onderdeel uitmaakt van ‘de gezonde leer’. De New Yorkse predikant Keller schreef: “Als ik de Bijbelse leer over de hel zou bagatelliseren, raak ik nooit overweldigd door de hoogte, de breedte en de diepte van Christus’ liefde. En als God mij nu ziet, zegt Hij: ‘Ja, dat offer was waard gebracht te worden.’ Als mij dat niet van geluk doet duizelen, wat dan wel?”[10] Met maximale inzet en uit ultieme liefde heeft de Here Jezus Zichzelf opgeofferd, opdat wij niet verloren zouden gaan. Het veelgehoorde gebed (want dat is een vloek) ‘God verdoem (vernietig) mij!’, wil Jezus juist nìet verhoren, want Hij is niet gekomen om te slachten en te vernietigen, maar als de goede Herder, om het leven te geven in al zijn volheid (Joh.10:1-18). Maar wil het verloren schaap zich wel omkeren, bekeren en zich laten vinden (Luk.15:1-7)?
3. Termen
Het Hebreeuwse woord ‘sheol’ is gelijk aan het Grieks woord ‘hades’, wat in de Griekse Septuaginta de vertaling is van ‘sheol’. Het zijn termen voor het dodenrijk van zowel de gelovigen als ongelovigen. Zowel aartsvader Jakob als de opstandelingen Korach, Datan en Abiram (Gen. 37: 35, Num. 16) ‘verhuisden’ naar het dodenrijk. Het is de tussenplaats waar de zielen van de doden verblijven, voordat zij door God zelf zullen worden berecht.
Dit dodenrijk blijkt nu de plaats te zijn waar de doden zijn, die als goddelozen gestorven zijn. Zij worden daar bewaard tot het laatste oordeel en de hel, en daar is al pijniging (Luk. 16: 23-29). Zij die wel als christen gestorven zijn, zijn behouden, weer ‘in het paradijs, maar op een nieuwe locatie (Luk. 23: 43),’ ‘worden in eeuwige tenten opgenomen’ (Luk. 16: 9), ‘weggedragen om aan Abrahams hart te rusten / in de schoot van Abraham’ (Luk. 16: 22), ‘hebben hun intrek bij de Heer genomen’ (2 Kor. 5: 8) en ‘zijn bij Christus’ (Fil. 1: 23). Komen christenen daarna ook in het oordeel? Ja, wel om beoordeeld te worden, maar niet om veroordeeld te worden. “Wij moeten allen voor de rechterstoel van Christus verschijnen, zodat ieder van ons krijgt wat hij verdient voor wat hij in zijn leven heeft gedaan, of het nu goed of slecht is” (Rom. 14: 10, 2 Kor. 5: 10).
Na Gods laatste oordeel zijn er slechts twee mogelijkheden: eeuwig behoud in (het koninkrijk van de) hemel bij God of eeuwige verlorenheid in de hel zonder God. De tweede dood (Op. 20: 11-15) is de situatie na het eindoordeel. Er is een bewustzijn of bestaan in de tweede dood.
De volgende termen en synoniemen beschrijven de hel.
1. Hel[11] (Mat. 5: 22, 29, 30; 10: 28; 18: 9, 23: 15, 33; Mark. 9: 43, 45, 47; Luk. 12: 5; Jak. 3: 6), is elf van de twaalf keer door de Here Jezus Zelf gebruikt. Om onbekende redenen vertaalt de Nieuwe Bijbelvertaling het woord ‘gehenna’ niet, dus ook niet met ‘hel’, maar laat dit Griekse woord staan. In de woordenlijst van deze Bijbelvertaling lezen we onder Gehenna: “Plaats in het dodenrijk waar zondaars hun straf ondergaan.”
Niemand minder dan Jezus leerde dus duidelijk de werkelijkheid van de hel.
Van de 1870 verzen die uitspraken van Jezus weergeven, gaan 13 % over oordeel en hel. En van de 12x dat het woord ‘gehenna’, het sterkste Bijbelse woord voor ’hel’, verschijnt in het Nieuwe Testament, is er maar één geval (namelijk in Jak.3:6) waar Jezus niet de spreker was. Het woord ‘hel’ is dus de vertaling van ‘gehenna’. ‘Ge’ betekent ‘dal’ of ‘vallei’. ‘Henna’ is afgeleid van het Hebreeuws ‘Ben-Hinnom’ (Joz. 15: 8, 18: 16). Gehenna komt van het dal van Hinnom, waar altijd de vuren brandden voor het ijzersmelten, waar de lijken van misdadigers werden verbrand die het recht op een begrafenis en daarmee de opstanding hadden verspeeld.
In 2 Kon. 16: 3 en 2 Kron. 28: 3 lezen we over de gruwelijke daden die koning Achaz deed in het dal Ben-Hinnom: “Ook ontstak hij offers in het Hinnomdal en verbrandde hij zijn zonen als offer volgens het gruwelijke gebruik van de volken die de HEER voor de Israëlieten had verdreven”. Uit 2 Kon. 21: 6 en 2 Kron. 33: 6 blijkt dat ook koning Manasse zich aan dezelfde gruwelen schuldig maakte, maar dat hij ook nog andere gruweldaden verrichtte in het dal Ben-Hinnom: “Hij verbrandde zijn zonen als offer in het Hinnomdal en liet zich in met wolkenschouwerij, wichelarij, magie, geestenbezwering en waarzeggerij. Hij tergde de HEER door voortdurend te doen wat slecht is in zijn ogen”. De vrome koning Josia stopte de occulte praktijken daar (2 Kon. 23: 10, zie ook Jer. 7: 32, 19: 6, 11). Dit dal werd een symbool voor het eeuwige oordeel.[12] Je zou de ontwikkeling van die beperkte aardse plaats bij Jeruzalem tot het angstaanjagende en grootse begrip ‘hel’, kunnen vergelijken met de locatie ‘Mekka’ in Saoedi-Arabië tot ‘mekka’ als ultiem eldorado of paradijs, het tegenovergestelde van de hel.
Het Nederlandse woord ‘hel’ hoort etymologisch bij ‘helen’ oftewel ‘verbergen’. De hel gaat inderdaad voorbij aan ons waarnemingsvermogen.
2. Eeuwige straf (Mat. 25: 46). Het gaat in dit gedeelte niet over het gericht over individuele mensen, maar over de volken rondom Israel: hoe hebben zij Gods volk behandeld? Zie vers 32. Dit is dus een volken-gericht.
3. Vurige oven (Mat. 13: 42, 50); met eeuwig, onuitblusbaar vuur (Mat. 3: 12, 25: 41, Mark. 9: 43, 44, 48, Luk. 3: 17, Jud. 6, 7, 13); poel van vuur of vuurzee (Op. 19: 20, 20: 1-3, 10, 14, 15, 21: 8); hellevuur (Mat. 5: 22; 18: 9), zie ook Hebr. 10: 27 en Jes. 26: 11.
4. (Buitenste en donkerste) duisternis (Mat. 8: 12, 13: 42, 50, 22: 13, 24: 51, 25: 30, 41, 46, Mark. 9: 47, Luk. 13: 28). Buiten het nieuwe Jeruzalem, buiten de hemel en buiten de aarde, ergens in het universum. Dit onttrekt zich aan ons begripsvermogen … Een mysterieus zwart gat lijkt het wel te zijn.
5. Plaats van geween en tandengeknars (Mat. 8: 12; 24: 51), dat wil zeggen: het is de plaats van foltering.
6. Plaats van pijniging in alle eeuwigheden (Mat. 25: 46; 2 Thes. 1: 9).
7. Plaats van eeuwige verdrukking, benauwdheid en verderf (Mat. 7: 13; Rom. 2: 9; 9: 22, 1 Thes. 5: 3, 2 Thes. 1: 9).
8. Afgrond (abyssos) (Luk. 8: 31, Op. 9: 11, 20: 1), diep gedeelte van de onderwereld, ook wel bodemloze put genoemd. Is dat de ‘onoverkomelijke kloof uit Luk. 16: 26?!
9. Afgrond (tartarus) (2 Pet. 2: 4- 9).
4. Wat is de hel?
Een definitie van de hel luidt: “(in het christendom) de vroeger en nog wel als onderaards gedachte eeuwige verblijfplaats van de verdoemden, toestand van verschrikking, waar de verstokte zondaar voor zijn zonden wordt gestraft en verblijfplaats van duivels en boze geesten.”[13]
God is alomtegenwoordig. In Ps. 139: 8 verklaart de door God geïnspireerde David, dat zelfs God in het dodenrijk is. En daarna? De meeste christenen definiëren de hel als de afwezigheid van relaties dus ook van God, dus als de plaats van godverlatenheid en eenzaamheid. Maar dr. J. Hoek meent: “De hel is de plek waar Gods aanwezigheid het diepst verborgen is. Hij is ook daar niet afwezig, maar aanwezig als heilige Schepper en Rechter.”
God schiep hemel en aarde, waar een zeker plan achter zat. God schiep niet hemel en hel. De hel is dus niet door God geschapen, maar is (later?) als ‘haatruimte’ voor kwade engelen en mensen in existentie geroepen (Mat. 25: 41).
Hoe kan je iets onmenselijks beschrijven in menselijke begrippen? Tandengeknars geeft de ergernis en spijt weer van de helbewoners, omdat zij in ongerechtigheid leefden en de redding door Jezus hebben afgewezen. Hoe kan een ziel in de hel knarsetanden? Dat het hier beeldtaal betreft en geen ‘reportagetaal’, blijkt ook uit het feit dat vuur licht geeft, maar dan kan de hel niet in letterlijke zin een dikke duisternis zijn. We dienen het een en ander dus symbolisch op te vatten, maar het zijn wel symbolen van een verschrikkelijke realiteit.
De opstanding zal lichamelijk zijn. Door de kwellingen in de hel zullen lichamen lijden, maar anders dan volgens de speculaties van schilder Jeroen Bosch of de Goddelijk Komedie van Dante.[14]
De hel is in geen geval een folterkamer waarin sadistische duivels zich vergenoegen in pijn van verloren mensen. De duivel en zijn demonen zijn zelf niet naar de hel gestuurd voor hun plezier, immers ze worden daar zelf gekweld. Anders zouden Gods tegenstanders uiteindelijk nog zegevieren en van hun menselijke prooien kunnen genieten. De duivel krijgt de beroerdste plek in de hel samen met zijn makker de dood.[15] In de hel straft het kwaad zichzelf, want men is aan zichzelf, dus aan zijn zelfgerichtheid en aan de machten der duisternis overgegeven aan wie men zich gehecht had.
Volgens Pawson is de hel een plaats van 1. fysiek ongemak, 2. morele depressie, 3. morele verdorvenheid, 4. speciale ontreddering, 5. geestelijke dood.[16]
Tim Keller voegt toe: “De hel is wat de wereld vrijheid noemt: alleen maar doen wat je zelf wilt. Je hebt geen god dan alleen jezelf.”[17] Volgens C.S. Lewis is de hel het grootste monument van de menselijke vrijheid. “De ongelovige zal niet slechts in de hel zijn, maar de hel zal ook in hem zijn.”[18]
Volgens Lukas 16 is er in de hel een schrikbarende hoeveelheid ontkenning, schuldafwenteling en geestelijke blindheid, trots, zelfmedelijden, stelligheid dat iedereen ongelijk heeft en gek is.
C.S. Lewis (in ‘De grote scheiding’) beweerde dat de hel eenvoudig iemands vrijwillig gekozen identiteit los van God is, op een traject richting oneindigheid.
Het is niet zo dat ‘God ons naar de hel stuurt’. In ieder van ons groeit er iets wat de hel zal worden, tenzij het in de kiem gesmoord wordt. Zowel hemel als hel nemen nu al een aanvang, het eeuwige leven ten goede of ten kwade is al begonnen.
Wat is er in de hel? In elk geval herinnering en bewustzijn (Luk. 16: 25 [waarschijnlijk is het verhaal van de rijke man en de arme Lazarus om diverse redenen geen gelijkenis.]), pijn (Luk. 16: 23-29), herkenning, communicatie (Jes. 14: 9-11).
5. Hoe kan een God van liefde tegelijk vervuld zijn van toorn en woede?
Hoe kan Gods liefde triomferen als het rijk der duisternis altijd blijft bestaan als een eeuwige wond in het lichaam van de verheerlijkte schepping?[19] Hoe kan een God van oneindige liefde het weloverwogen besluit nemen om mensen bij hun volle bewustzijn aan altijddurende lichamelijke en geestelijke kwelling bloot te stellen? Toch is de hel niet in strijd met Gods liefde, maar een gevolg van een consequent afwijzen door de mens van Gods liefde die tot het uiterste ging. Niemand wordt tegen zijn wil gedwongen om naar de hemel te gaan. Deze plek van licht zou voor mensen die de duisternis veel liever hebben maar een kwelling worden, want zij voelen zich beter thuis in de hel (althans dat denken zij nu nog). Wie God van zich af wil schudden krijgt uiteindelijk zijn zin, ook al zal dat achteraf niet bepaald leuk blijken te zijn. De hel is in elk geval geen plek waar mensen zijn die graag naar de hemel willen. Waarom zou je na je sterven opeens een hemels leven begeren met Iemand in wie je niets zag tijdens je leven? Mensen willen meestal wel graag naar de hemel, maar willen zich niet onderwerpen aan God of aan de voorwaarden die God stelt. God geeft in dit leven en op den duur de mensen aan hun eigen verlangens over (denk aan zelfzucht, zelfgerichtheid, egoïsme). Volgens C.S. Lewis zijn er twee soorten mensen: zij die tegen God zeggen: “Uw wil geschiede” en zij tegen wie God zegt: “uw wil geschiede”.
De hel is niet alleen een straf, maar ook een keuze. God zal niemand die niet wil veranderen dwingen voor eeuwig bij Hem in een wereld van vergeving en verzoening te wonen.
De hel is dus het eindproduct van de zonde. Maar als God de hel niet gewild heeft, kan deze dan toch nog in eeuwigheid blijven bestaan? Als tegenhanger van de verzoening, die er ook pas na de zondeval bijgekomen is, kan dat wel degelijk.
6. Godsbeelden
Het debat over het bestaan van de hel heeft vooral te maken met veranderende godsbeelden en verheven mensbeelden. Voor de moderne mens moet God vooral zorgzaam en vriendelijk zijn en geborgenheid bieden. We hebben zelf een goeiige God gecreëerd en geloven in een lieve Jezus. Zo tasten we Hem aan in Zijn soevereiniteit en bepalen arrogant hoe Hij dient te handelen. In feite wordt in overeenstemming met de tijdgeest God gedegradeerd tot een sullige Sinterklaas, een goedheiligman[20], en daarmee wordt de hel steeds weerbarstiger. Dat past prima in onze welvaartsmaatschappij. Wat een eenzijdig beeld, want God kent wel degelijk toorn en strengheid. In zijn toorn zondigt God nooit. Deze volstrekt heilige God is evenzeer een God van gerechtigheid, dit tot grote troost voor samenlevingen die zuchten onder geweld, corruptie, uitbuiting, en allerlei vormen van afschuwelijke wreedheden. Zijn woede over het onrecht dat mensen elkaar aandoen is oneindig veel groter dan wij beseffen. Maar anderzijds is Gods liefde ook onmeetbaar. De God van liefde vinden we juist in het Jodendom en christendom.[21] We moeten beseffen dat God ook in Zijn toorn, in Zijn beoordelen en veroordelen goed en liefde is en blijft. Zijn goedertierenheid (overweldigende goedheid) duurt tot in eeuwigheid. Dat zal iedereen moeten erkennen. Gods genade is niet goedkoop. Gods karakter mogen we niet opdelen in aparte karaktertrekken, en helemaal niet uitspelen tegen elkaar, want God is één. Zijn karakter is als het ware één totaalpakket.
God is zowel de rechtvaardige als de genadevolle Rechter, die het laatste woord heeft, het Laatste Oordeel uitspreekt. De Here Jezus is zowel het Lam als de Leeuw. Juist het gebrek aan geloof in een God van wraak voedt geweld heimelijk. Als ik niet geloof in een God die uiteindelijk alles recht zal zetten, zal ik zelf het zwaard opnemen en worden meegezogen in de eindeloze kolk van vergelding. Alleen als ik geloof dat er een rechtvaardige God is die alle gevolgen van kwaad en onrecht zal herstellen en alle rekeningen zal vereffenen (Rom. 12: 19), heb ik de kracht om af te zien van geweld. Zou het onrechtvaardig zijn als rijken vier keer per jaar zich allerlei luxe vakanties kunnen veroorloven, terwijl armen zich dat beslist niet kunnen permitteren? Wat een scheefgroei of onrecht! Het ontkennen van de hel staat op gespannen voet met Gods rechtvaardigheid.
7. Gradaties in straf
Hoe is de absolute tegenstelling tussen hemel en hel te rijmen met de talloze gradaties van min of meer goed en kwaad die onder de mensen bestaan? Er zijn wel gradaties in straf: Luk. 12: 47, 48 (afhankelijk van je voorkennis) en Mat. 11: 20-24 (al dan niet bekeren n.a.v. krachten). Termen als ‘zwaarder straf’ (Hebr. 10: 26-31), ‘zwaarder oordeel’ (Mark. 12: 40, Luk. 20: 46, 47), ‘veel of weinig slagen’ (Luk. 12: 47, 48), ‘ophopende toorn’ (Rom. 2: 3-6) bevestigen het idee van gradaties in de strafmaat.[22] De eeuwige straf is niet buitenproportioneel als gevolg van de zonde in het tijdelijke leven, want de strafmaat wordt niet bepaald door de duur van de overtreding, maar door de aard daarvan: de eeuwige God zijn eer onthouden.[23] God is eeuwig heilig en vindt zonde eeuwig onacceptabel.
8. Duurt de eeuwige verdoemenis wel eeuwig?
De meeste protestantse christenen geloven in de onsterfelijke ziel. Daarom geloven ze ook dat morele en geestelijke fouten voor eeuwig invloed hebben op de ziel. Toch denkt niet iedereen dat de hel eeuwigdurend is. Gereformeerde–Bonders (75 %), vrijgemaakten (74%) en evangelischen (64%) houden vast aan de hel als plaats van eeuwige kwelling.[24] Dus lang niet alle christenen.
Als we denken aan de duur, zijn twee Griekse termen belangrijk:
1. Aioon: eeuw, lange periode.
2. Aioonios: behorende bij de eeuw ofwel eeuwig.
Sommigen menen dat eeuwig als de ergste straf van God geldt. Is een oneindige straf voor daden die in een eindig leven zijn bedreven wel rechtvaardig? De Here Jezus is toch ook niet een eeuwigheid verdoemd voor de zonde die Hij droeg?! Echter in Op. 14: 11, 20: 10 lezen we ‘in alle eeuwigheden’, dus een altoosdurende foltering voor de duivel, het beest, de valse profeet en hun volgelingen. Er wordt wel degelijk een onderscheid gemaakt tussen ‘tijdelijk’ en eeuwig’: “Daarom verzaken wij onze plicht niet. Ook al gaat ons uiterlijk bestaan verloren, ons innerlijk bestaan wordt van dag tot dag vernieuwd. De geringe last die we tijdelijk te dragen hebben, brengt ons een eeuwige luister, die alles omvat en alles overtreft. Wij richten ons niet op zichtbare dingen maar op de onzichtbare, want de zichtbare dingen zijn tijdelijk, de onzichtbare eeuwig (2 Kor. 4: 16-18).
Als mensen voor eeuwig verloren gaan, dan heeft toch de dood gewonnen en God verloren? Mede daarom opperde wijlen orthodox theoloog John Stott in 1988 dat ongelovigen niet eeuwig gepijnigd worden in de hel, maar ophouden te bestaan. Het vuur verteert, vernietigt je zodat je er niet meer bent. David Pawson is het daar absoluut niet mee eens: “De hel is heel nadrukkelijk geen plaats van verdelging (zoals steeds vaker wordt gesuggereerd), want verdelging betekent een absoluut einde aan het leven. Maar het leven van een mens is niet eindig.”[25]
Volgens Rob Bell en Wim Hoogendijk[26] is de hel “een traject van straf en boetedoening, met als doel inkeer en bekering”. Dit is echter een valse leer die mensen in slaap sust met een valse veiligheid, hetgeen we moeten ontmaskeren. De hel is geen heropvoedingsinstituut, evenmin een plaats verdelging, maar van vergelding.
Is er bekering in de hel mogelijk? Foltering onder helse pijnen brengt mensen niet tot bekering (Op. 9: 20, 21, 16: 9, 11, 21). Niettemin komen voorstanders hiervan komen met drie teksten: 1 Pet. 3: 19, 20, 4: 6 en 1 Kor. 15: 29. De uitleggingen hiervan zijn uiterst onzeker, zodat er geen vergaande conclusies aan verbonden kunnen worden.
Johan van Arkel meent dat het begrip ‘eeuwig’ in de Schrift meestal niet de betekenis te heeft van eeuwigdurend.[27] Immers “een ogenblik duurt Zijn toorn, een leven lang Zijn welbehagen.” (Ps. 30: 6)
Dit is in lijn met het vagevuur (een Rooms Katholiek dogma, vastgesteld door concilies, en ook tijdens het tweede Vaticaans concilie gepresenteerd). Indien er geen hiernamaals bestaat, is de noodzaak om te biechten ook verdwenen.
Nergens in de Bijbel is er sprake van een herkansing na je dood, net zomin is er Schriftuurlijk bewijs voor reïncarnatie (waar een kwart van de Nederlandse bevolking in gelooft), want we willen graag herkansingen (Hebr. 9: 27).
Hetzelfde woord ‘eeuwig’ wordt zowel bij de bestraffing als voor het leven op de nieuwe aarde gebruikt (Mat. 25: 46). De ene groep zal voor altijd zonder Gods liefde bestaan en de andere groep voor altijd in de warmte van Gods liefde. Het Lam zal in de hemel altijd, eeuwig dus, centraal staan. De aanbidders van het beest zullen in alle eeuwigheden drinken van de wijn van Gods gramschap, (Op. 14: 9-11). Net zomin als de lof voor God zal verstommen (Op. 5: 13), zal de pijniging eindigen. In de hel zijn geen pijnstillers verkrijgbaar, nee de folteringen gaan alle tijdperken door. De pijniging van de duivel, het beest en de valse profeet zal dag en nacht plaatsvinden, dus onophoudelijk (Op. 20: 10). Daar sterft de worm niet en wordt het vuur niet uitgeblust (Mark. 9: 48). Het vuur zal dus nooit doven door gebrek aan brandstof…
Jezus Christus is dezelfde, gisteren, vandaag en tot in eeuwigheid. Het gaat niet alleen om de kwaliteit maar ook om het tijdsbegrip. Datzelfde geldt voor een eeuwig verderf (Op. 4: 10, 10: 6, 11: 15, 14: 11, 2 Thes. 1: 8, 9). Komt er door ‘eeuwig’ te vervangen door ‘eindig’ een einde aan de hel, dan komt er ook een einde aan de hemel en aan Jezus (!) en wie durft die consequentie aan?[28] Is de eeuwige God (Ps. 90: 2, Rom. 16: 26) dan soms ook tijdelijk? En eens stopt eeuwig leven dus ook? Als eeuwige verdoemenis hardvochtig is wegens de lengte ervan, dan is eeuwig heil natuurlijk overdreven barmhartig van God, want ook dat duurt zo enorm lang.[29] Maar daar zal men zich nooit vervelen. God is geen God van willekeur die morgen anders spreekt dan vandaag, zodat we geloofsuitspraken van vroeger wel los zouden moeten laten.
9. Voor wie is de hel?
Is de hel ook voor mensen die nooit het evangelie hebben gehoord? Wordt de vreugde van de geredden of ‘zaligen’ in de hemel niet overschaduwd door het besef dat verlorenen gepijnigd worden in de hel? Iedereen die liefheeft is soms vervuld met woede, niet ondanks, maar dankzij hun liefde. Ultieme vorm van haat is onverschilligheid. De Here Jezus is juist gekomen om mensen van dat eeuwige oordeel te redden. Adrian Plass: “Als er geen hel bestaat, kan ik niet begrijpen waarom Jezus zo ontzettend zijn best deed om mensen daarvan te redden.” Waarvan eigenlijk? Van ons negatieve zelfbeeld of van de eeuwige verdoemenis? In de meeste gevallen sprak Jezus Zelf over de hel (schokkend en expliciet) en dan vaak tot Zijn volgelingen. Jezus sprak tegen Zijn volgelingen of vrome Joden, niet tegen atheïsten. Jezus waarschuwde Zijn eigen volgelingen dat ze de kans lopen om in de hel te komen. Hiermee wil Hij aansporen om het goede te blijven zoeken en Hem te volgen. God wil echt dat iedereen behouden wordt en wil de hel dus niet. (Joh. 3: 16, 1 Tim. 2: 4, 2 Pet. 3: 9) Er is een absolute of onweerstandelijke wil van God, die hoe dan ook geschieden zal. Zijn Koninkrijk zal komen. Maar er is ook een aan omstandigheden verbonden wil van God, zijn weerstandelijke, wensende wil of zijn verlangen, wat helaas niet steeds vervuld zal worden. Want niet ieder mens neemt Gods genade aan. Jezus is potentieel de Redder van alle mensen, maar Hij wordt pas feitelijk de Redder indien Hij door mensen in geloof wordt aanvaard. Bij die behoudenis gaat het om een persoonlijk geloof in de verzoening door Jezus Christus, waarvan de vruchten in het leven moeten getuigen. Zonder bekering is er geen verzoening. 2 Kor. 5: 19 zegt dat God in Christus de wereld met Zichzelf verzoenend was. Dat is wat anders dan: met Zichzelf verzoend heeft. Er is maar één weg tot de Vader en dat is door te geloven in of te vertrouwen op Zijn Zoon Jezus Christus. Hij heeft Zichzelf zonder reserve gegeven om de mens die zichzelf onder dat oordeel gebracht heeft daarvan te verlossen.
Geloven in Jezus betekent gered worden opdat je niet verloren zal gaan. Alle tranen, dus ook om in de hemel vermiste geliefden, zullen worden afgewist (Op. 7: 17, 21: 4). Als je verloren gaat, ga je de ver-niet-iging in, en weet niemand je meer te vinden (Joh. 3: 16).
Als je iedereen maar de hemel wenst, nivelleer je het verschil tussen goed en kwaad en doe je het rechtvaardigheidsgevoel geweld aan. Grenzeloze liefde is geen liefde, maar desinteresse. Zonder geloof in een hel na dit leven wordt dit leven een hel.[30] De beul mag de dans niet ontspringen zodat het slachtoffer eeuwig achterop is. Als een onboetvaardige schurk als Dutroux of Poetin ook in de hemel komt, dan wil je daar toch niet bij zijn. Dat is toch geen liefde voor de slachtoffers?
Wat moet een mens doen om in de hel terecht te komen? Niets! Zelfs tegen vrome Joden werd gezegd “Laat je behouden uit dit verkeerde geslacht” (Hand. 2: 40). Populair gezegd: “de hel heb je verdiend, de hemel kun je krijgen.” Immers “wie niet [in Jezus] gelooft is reeds veroordeeld” (Joh. 3: 18); echter “Zo lief had God de wereld dat hij Zijn enige Zoon gegeven heeft, opdat iedereen die in Hem gelooft niet verloren gaat [dat kan dus!], maar eeuwig leven heeft.”(Joh. 3: 16)
Het eeuwige vuur is niet voor mensen maar voor de duivelen en zijn engelen bereid. Hemel en hel zijn diep relationeel: ze zijn de uitkomst van een “ja” of “nee” tegen wat God heeft gedaan in Jezus.
10. Het eindoordeel
Aan God laten we het eindoordeel over, en daarbij past ons geen speculatie, wel terughoudendheid. Gered zijn zij, indien zij in geloof en ootmoed antwoorden op datgene wat ze van God weten door de openbaring van Zijn Geest (Luk. 12: 48). “God is geen boekhouder die bij het Einde der tijden de balans opmaakt en volgens de vastgestelde reglementen het oordeel administratief afhandelt.”[31] Hij is een levende God, vol van ontferming en bewogenheid.
Het Laatste Oordeel is gelukkig niet aan een feilbaar en beperkt mens, maar aan de zowel rechtvaardige als liefdevolle en genadevolle Opperrechter, volmaakt in heiligheid. Hij weegt voor Zijn oordeel zowel de verlichtende als belastende omstandigheden mee. Onze goede God zal dus rechtvaardig en nauwkeurig oordelen en volledig rekening houden met ieders verantwoordelijkheid en toerekeningsvatbaarheid, kortom: met ieders persoonlijke situatie. Over dit eindoordeel moeten we grote terughoudendheid betrachten, want alleen God doorgrondt het diepste innerlijk van de mens.
Terwijl het dodenrijk volstroomt (Jes. 14: 9-15) is de hel thans nog leeg. Eerst zullen het beest, de valse profeet en de duivel geworpen worden in de poel van vuur en zwavel (Op. 19: 20, 20: 10). De hel is in eerste instantie voor de duivel en zijn handlangers (demonen) geschapen (Mat. 25: 41). De duivel wordt neergeworpen vanuit de hemel op de aarde (Op. 12: 9), dan geworpen in de afgrond (Op. 20: 3) en tenslotte geworpen in de poel van vuur en zwavel. (Op. 20: 10). Het dodenrijk zelf zal eveneens in de poel van vuur geworpen worden (Op. 20: 14). “We kennen immers degene die gezegd heeft: ‘Het is aan Mij om te wreken, Ik zal vergelden’ en ook: ‘De Heer zal oordelen over zijn volk.’ Huiveringwekkend is het te vallen in de handen van de levende God!” (Hebr. 10: 30, 31).
11. Consequenties
Is er geen hel? Dan is er geen noodzaak voor evangelisatie en zending. Dan zijn in ruim twintig eeuwen de talloze offers van zendelingen overbodig. Wat zonde van al die christenen die dan blijkbaar tevergeefs zelfs hun levens hebben opgeofferd in gehoorzaamheid aan de grote opdracht. Dan geloven we in de alverzoening, een tijdelijke straf ter loutering, dat uiteindelijk zal resulteren in de verzoening tussen God met alle mensen. De alverzoening is wreed, omdat in het Laatste Oordeel geen ‘rechtzetting’ plaats vindt.[32] Echter niet de alverzoening is het onderwerp van deze studie, maar de hel. Deze dwaalleer van de alverzoening meent zich op allerlei teksten te kunnen beroepen. Hierbij dienen we een belangrijke hermeneutische regel in acht te nemen: duidelijke teksten bepalen de uitleg van minder duidelijke teksten en niet andersom.
Is er wèl een hel, dan geeft dat een geweldige stimulans voor het verspreiden van het evangelie in woord en daad. Door middel van de boodschap ‘Bekeert u want anders gaat u naar de hel!’ wordt niet meer gebracht, want angst is een slechte drijfveer. Angst kweekt immers wel gehoorzame christenen, maar geen liefdevolle gelovigen. De straf kan niet worden afgekocht met aflaten, noch door enigerlei vorm van boetedoening, noch goede werken, want wij kunnen immers niets toevoegen aan het verlossingswerk van Christus. Juist door iets toe te willen voegen aan Christus’ volmaakte verlossingswerk doen we er wat van af en doen we alsof dit onvoldoende zou zijn. Inderdaad: iedereen zal moeten belijden dat Jezus Heer is. Deze erkenning kan nu al vrijwillig over de lippen van de geredden komen, maar zal anders gedwongen beleden worden. Jezus is het Lam dat in principe de zonden van de wereld heeft weggenomen (Joh. 1: 29), maar dat wil nog niet zeggen dat dus alle mensen uiteindelijk gered worden. In principe gaf Jezus Zijn leven als een losprijs voor velen, zelfs voor allen. Maar niet iedereen wil het verzoenend offer van Jezus aanvaarden, is van Hem gediend. Het gericht ligt vóór ons, indien we niet geloven dat het in Christus achter ons ligt.
Het besef dat er een eeuwige verlorenheid bestaat, versterkt dus alleen maar het belang van evangelisatie. De adjunct-directeur van de IZB Marja Brak schreef een behartigenswaardig pleidooi: “In evangelisatie is de eeuwige verlorenheid van mensen veel minder een motief om aan de slag te gaan dan vroeger. Niet alleen vanwege de terrein winnende gedachte dat het met iedereen wel goed komt of dat alle religies toch op hetzelfde neerkomen. Ook omdat het in hedendaagse evangelisatie, waarin de nadruk op vriendschap en wederzijds respect wordt gelegd, knap lastig is om rechtuit tegen iemand te zeggen: ‘Als je niet gelooft, ga je verloren.’ Waar de hel een taboe wordt, verliest ook de hemel zijn glans.”[33] Als we zelf al niet beseffen door Hem voor de poorten van de hel te zijn weggesleept, hoe zouden we dan nog gedreven worden tot zending[34] en evangelisatie? We verbazen ons daarom over en keren ons tegen de ‘zendingsdrang’ van de aanhangers van de alverzoening met hun boodschap ‘ga maar rustig slapen, het komt allemaal goed.’
Het oordeel en het hellevuur zijn geen 'leerstellingen' om vrijblijvend te beschouwen. Deze ernstige wetenschap over onze eeuwige bestemming dringt aan op actie. Voor ons komt het aan op het serieus nemen van Jezus’ eigen woorden. Hij weet de weg, wijst de weg en is de weg naar zijn en onze hemelse Vader. In principe wordt iedereen ‘thuis’ verwacht, maar in de praktijk…
Bijlage: Zes standpunten over de hel met enigen van hun aanhangers:[35]
1. Infernalisme Eeuwigdurende, bewuste fysieke en geestelijke kwelling
Wie verloren gaat zal in de hel zowel lichamelijk als geestelijk tot in eeuwigheid worden gekweld.
‘Traditionalisten’ / orthodoxen: Tertulianus, Augustinus, Luther, Calvijn, Jonathan Edwards, George Whitefield, John Wesley, Charles Spurgeon, D.L. Moody, H. Taylor, Donald Carson, Ajith Fernando, James Packer, David Pawson, W.H. Velema, J. van Genderen, Bram van de Beek, Johannes de Heer, Bill Hybels, W.J. Ouweneel.
2. Eeuwigdurende bewuste, geestelijke kwelling
Wie verloren gaat zal in de hel tot in eeuwigheid geestelijk worden gekweld, niet lichamelijk.
Marray Harris, Anthony Hoekema.
3. Eeuwige scheiding van God
Nadruk op de gruwelijkheid van het volledig gescheiden zijn van God, tot in eeuwigheid. Hel is meer beeldsprakig dan lichamelijke kwellingen.
Kendall Harman, Peter Head, C.S. Lewis.
4. Voorwaardelijke onsterfelijkheid (conditionalisme)
De menselijke ziel is niet onsterfelijk; alleen wie gerechtvaardigd wordt in Christus ontvangt onsterfelijkheid. Voor wie niet tot geloof komt is de dood het einde. De hel is niet eeuwig maar zal net als de gekwelden in de hel eens vernietigd worden.
‘Conditionalisten’: Arnobius, L.J. van den Brom, Robert Brow, Edward Fudge, Clark Pinnock, Nigel Wright.
5. Annihilationisme De hel als ‘vernietsing’ (annihilatio). Dit lijkt sterk op wat de boeddhisten als verlossing (nirvana) zien[36] . Uiteindelijke vernietiging van de ongelovigen: het ‘vuur’ van de hel is geen eeuwigdurende marteling, maar een verterend, vernietigend vuur.
‘Annihilationisten’: Justianus de Martelaar, Theophilus van Antiochie, Henry Constable, Edward White, Michael Green, John Stott, John Wenham, Anglicaanse Kerk[37], Jehova’s Getuigen en de Zevende Dag Adventisten, H.J. Verwoerd (van ‘Het profetische Woord’). Denijs van Zuijlekom in het blad “Amen”.
6. Universalisme, alverzoening
Iedereen wordt behouden en komt in de hemel, al dan niet na een tijdelijke loutering in het vagevuur of purgatorium of het uitzitten van de straf in de hel.
‘Universalisten’ / vrijzinnigen: Origenes[38] , Gregorius van Nyssa, Karl Barth, Hans Küng, Jürgen Moltmann, (zendingsman!) Joh. Verkuyl, (Friedrich Schleiermacher, Karl Barth, G.C. Berkouwer, H. Berkhof, Okke Jager en majoor A.M. Bosshardt[39] gaan ook in deze richting), John Murray oprichter van de Universalist Church of America, met Hosea Ballou / de unitariërs: Unitarische-Universalistische Kerk[40] , C.H. Dodd, William Barclay, John A.T. Robinson, Rob Bell, Jan Bonda, Johan ter Beek, Bart Repko, C. van Hoeven [41] oprichter van de sterk dispensationalistische (bedelingenleer aanhangende) Eben Haezergemeente te Rotterdam. In de ultra-dispensationalistische stromingen zijn het vooral A.E. Knoch en in Nederland A. Lukkien geweest, die de alverzoeningsleer propageerden.
Literatuur
* Ajith Fernando, Crucial Questions about Hell (Sussex UK: Kingsway, 1991),
reprinted in 1993, 190 p.; Belangrijke vragen over de hel (Apeldoorn: Novapres,
1998) 185 p.
* Dr. J. Hoek, Hoop op God, eschatologische verwachting (Zoetermeer:
Boekencentrum, 2004), 344 p.
* C.S. Lewis, De grote scheiding (Zwolle: Kok, nieuwe vertaling 2002), 111 p.
* David Pawson, De weg naar de hel (Putten: Opwekking, 2004), 252 p.
* Bart Repko, Kom niet aan de hel. De eeuwige hel heeft zijn langste tijd gehad.
(Aalsmeer: Exchange, 2013), 276 p.
* Thomas Talbott, De onweerstaanbare liefde van God (Sliedrecht: Merweboek, ?)
* Martine van Veelen en Cees Dekker, Hete Hangijzers, antwoorden op 17 kritische
vragen aan het christelijke geloof (Amsterdam: Buijten & Schipperheijn, 2009),
Hoofdstuk 9: Je kunt toch niet geloven in een God die onschuldige mensen straft in
een hel? Geen martelende duivels maar gerechtigheid van God (Bram van de
Beek) Een hoopvolle toekomst voor heel de mensheid (Johan van Arkel & Martine
van Veelen).
Noten
[1] Zie mijn uitgebreide studie http://www.stichting-promise.nl/artikelen/muziek-en-occultisme/met-de-moderne-muziek-mee-brochure.htm .
[2] Rob Bell, Love Wins, Nederlandse vertaling En de meeste van deze is Liefde, een eerlijk boek over hemel en hel (Kampen: Kok, 2012). Bell verwacht van Gods liefde alles: inkeer, bekering, innerlijke transformatie. Boeken die Bell van repliek dienen zijn ‘Erasing hell, What God said about eternity, and the things we made up’ en Mark Galli God Wins: Heaven, Hell, and Why the Good News is Better than Love Wins (Tyndale, July, 2011).
[3] Johan ter Beek, Er is geen hel na de dood, Nederlands Dagblad, 21-4-2012
[4] Slechts een kwart van de christenen gelooft dat de hel bestaat, Nederlands Dagblad, 21-4-2012
[5] Oscar Lohuis, Een misleidende boodschap, De Oogst, mei 2012 en Oordeel of alverzoening, De Oogst, mei 2012 pp. 26-29 en www.goednieuwsbediening.nl/artikelen-2/340-een-misleidende-boodschap-over-de-alverzoening “De straf op de zonde komt van God. Jezus stierf aan het kruis omdat God een God is Die de zonde straft. De mens moet gered worden van het oordeel van God. Bell ontkent dit heel direct. Nadat hij de verzoeningsleer heeft genoemd, schrijft hij: 'Mensen krijgen op subtiele wijze te horen dat Jezus ons redt van God. Laat dit ondubbelzinnig duidelijk zijn: wij hoeven niet gered te worden van God' (p. 189). Toch is dit de diepte van wat er aan het kruis gebeurde: de gerechtigheid van God eist de dood van de zondaar. Inderdaad, God Zelf is de grootste bedreiging voor de mens. Inderdaad, God heeft een dag bepaald waarop Hij de wereld rechtvaardig zal oordelen (Handelingen 17:31). Maar de liefde van God leidde Hem ertoe om Zijn Zoon te geven als een verzoening voor onze zonden. God heeft Zijn Zoon gestraft in plaats van ons. Als je het oordeel weg neemt kan je helemaal niet begrijpen wat er aan het kruis is gebeurd.”
[6] Zie bv. www.dirkjanjansen.nl/site/index.php/bijbelse-onderwerpen/87-bestaat-de-hel
[7] Elma Drayer en Lodewijk Dros, Heimwee naar de hel, Trouw de Verdieping, 21-12-2002
Medio 1997 verscheen het rapport ‘Secularisatie en alternatieve zingeving in Nederland’ van het ‘Sociaal en Cultureel Planbureau. Daarin bleek dat 21 % van onze bevolking toen geloofde aan de duivel en niet meer dan 16 % aan de hel.
[8] * Apostolische Geloofsbelijdenis (oorsprong in de eerste of tweede eeuw na Christus): artikel 4 in de Rooms-katholieke en ‘Oude’ protestantse versie, maar niet in het origineel: “Die geleden heeft onder Pontius Pilatus, is gekruisigd, gestorven en begraven, nedergedaald ter helle;”
* Geloofsbelijdenis van Athanasius ( traditioneel toegeschreven aan Athanasius (295-373), aartsbisschop van Alexandrië) : art. 36 “Die geleden heeft om ons behoud, is neergedaald in het rijk van de dood, op de derde dag opgestaan uit de doden.” art. 39 “En die het goede gedaan hebben zullen in het eeuwige leven ingaan, maar die het kwade gedaan hebben in het eeuwige vuur.”
* (Lutherse) Augsburgse Confessie van 1530 Artikel 17: “ongelovigen en duivels zullen eindeloos gepijnigd worden.”
In de geloofsbelijdenis van Nicea-Constantinopel van 325 ontbreekt een artikel over Christus’ bezoek aan het dodenrijk of hel.
[9] Ignatius in zijn commentaar op Efeziërs, De Herder van Hermas, de Brief van Barnabas, Justinus de Martelaar in zijn Apologie, Ireneüs, Tertulianus. H. Buis, Merill C. Tenney general editor The Zondervan Encyclopedia of the Bible volume 3 (Grand Rapids, Michgan: Regency Reference Library, 1976), p. 116 Hell / 4. The early Church.
[10] Tim Keller, Lazarus en de naamloze rijke, CV.Koers, nov. 2004, p. 47
[11] J.W. Embregts, De Hel Jezus sprak er het meeste over (Doorn: Het Zoeklicht, 2009) p. 41, 42
[12] Zie apocriefe plaatsen: 1Henoch 10:13, 48:8–10, 54:1,2,5, 76:4, 88:1,2, 100:7–9; 2Bar. 59:5–12, 85.13.
[13] Van Dale Groot Woordenboek van de Nederlandse Taal (Utrecht/ Antwerpen: van Dale Lexicografie, 2005) deel 1, p. 1352
[14] De goddelijke komedie (La Divina Commedia) is een epos van de Florentijnse dichter Dante Alighieri, geschreven in de eerste helft van de 14e eeuw. Het behoort tot de erkende meesterwerken van de wereldliteratuur, en tot de grootste culturele prestaties van de middeleeuwen. Dante beschrijft in de Komedie zijn fictieve reis door het hiernamaals: hel, louteringsberg en hemel. Hij is zowel auctor (auteur) als actor (acteur) in zijn eigen gedicht, dat lange tijd Il Dante genoemd werd. Aanvankelijk noemde Dante zijn magnum opus simpelweg Mijn komedie; het was Boccaccio die het in 1360 zijn huidige eretitel gaf. In de Middeleeuwen was een 'komedie' een verhaal dat goed afliep, in tegenstelling tot een tragedie; het woord wordt hier niet gebruikt omdat het werk humoristisch zou zijn. Wikipedia. In 2013 haakte Dan Brown, auteur van de De Da Vinci Code, hierop in met zijn thriller Inferno, (Amsterdam Luitingh-Sijthoff, 2013). 480 pp. Zie voor een recensie: Willem van Hartskamp, Dan Brown stort zich op Dante, Nederlands Dagblad, Gulliver-bijlage 7-6-2013.
[15] Bram van de Beek, Geen martelende duivels maar gerechtigheid van God, p. 169, in Hete hangijzers, Martine van Veelen en Cees Dekker (redactie) antwoorden op 17 kritische vragen aan het christelijke geloof (Amsterdam: Buijten & Schipperheijn, 2009)
[16] Pawson waarschuwt: De hel is er ook voor u, Uitdaging, november 2004
[17] Tim Keller, Lazarus en de naamloze rijke, CV.Koers, nov.2004, p. 46
[18] John Blanchard, Whatever happened to Hell? (Darlington: Evangelical Press, 2e druk 1993), p. 143
[19] Dr. Jan Hoek, Eeuwige pijniging of verterend vuur De hel in het actuele theologische debat, CV.Koers, nov. 2004
[20] Hans L.J. Keijzer, Is de hel afgeschaft? De Oogst, sept. 1996, p 5.
[21] In het boeddhisme is geen persoonlijke God en in de islam ontbreekt een intiem en persoonlijk kennen van God.
[22] Zie ook Mat. 23:15, Op. 18:5-7
[23] Ds. Arie Verduijn, Naar de hel? Dat geloof je zelf toch zeker ook niet meer?!?, de Oogst, april 2002, p. 8
[24] Ronald Westerbeek, Het pijnpunt van je geloof, CV.Koers, nov.2004, p. 10
[25] Pawson waarschuwt: De hel is er ook voor u. Uitdaging, nov. 2004
[26] Wim Hoogendijk sprak zich uit over de hel op 15 aug. 2008 tijdens het Xnoizz Flevo Festival, wat ook deiningen gaf in het Nederlands Dagblad. Stellingen van Wim Hoogendijk:
1. Als je gelooft dat het afwijzen van Jezus een eindeloze kwelling in de hel oplevert, is het misdadig om kinderen op de wereld te zetten.
2. Pijniging in de hel als straf voor een foute beslissing in een tijdelijk leven waar je niet om hebt gevraagd, is volkomen buiten proporties.
3. Oordeel is ten diepste een uiting van Gods liefde en loopt uit in ontferming.
4. Evangelisch universalisme is niets meer of minder dan: het ultieme Loofhuttenfeest.
[27] Johan van Arkel, Hel, ingezonden brief in Uitdaging maart 2000; Een hoopvolle toekomst voor heel de mensheid, Johan van Arkel & Martine van Veelen, uit, Hete Hangijzers, antwoorden op 17 kritische vragen aan het christelijke geloof, Martine van Veelen en Cees Dekker (Amsterdam: Buijten & Schipperheijn, 2009), Hoofdstuk 9, p. 174, 175.
[28] J.W. Embregts, De Hel Jezus sprak er het meeste over (Doorn: Het Zoeklicht, 2009), p. 87
[29] Jos Strengholt, Kleine Catechismus voor Freethinkers, (Heerenveen: Medema, 2013), p. 55
[30] Reinier Sonneveld, Gods shocktherapie, eindeloze foltering – hoe kun je daarmee leven?, CV.Koers, nov. 2004, p. 40
[31] Drs. J.J.A.M. Voortman, In het licht van de eeuwigheid, Soteria, dec. 1989, p.12
[32] Voor een weerlegging van de alverzoening zie www.dossiers.tk/alverzoening.htm ; Willem J. Ouweneel Alverzoening Besproken en weerlegd (Vaassen: Medema, ? ) 48 p. en Andreas Symank, Worden alle mensen gered? Gedachten over de leer der alverzoening (’s-Gravenhave: Boekencentrum B.V., 1989), 116 pp.
[33] Marja Brak, De hel is taboe, CV.Koers, jan. 2004
[34] A.M. Verduijn, De eeuwigheid als motief voor zending, Soteria 2001/4, p. 1-21
[35] Naar het schema in CV.Koers, nov. 2004, p. 34 en verder zelf aangevuld.
[36] ‘In het boeddhistische denken bereikt iemand die voldoende toegewijd is het nirvana door via talloze reïncarnaties omhoog te klimmen. Het nirvana van het orthodoxe boeddhisme is niet zoiets als de annihilatio. Wat voor een boeddhist een beloning is na een moeilijke klim naar boven, is hetzelfde als wat voor een annihilationist de straf voor de zonde is!’ Ajith Fernando, Belangrijke vragen over de hel (Apeldoorn: Novapres, 1998) p. 42
[37] “De hel is geen eeuwige kwelling, maar de onomkeerbare keuze van wie zich tegen God keert” uit het rapport over het ‘mysterie van het heil’. Anglicanen: geen hel en verdoemenis meer, Nederlands Dagblad 12-1-1996; “De hel is een toestand van vernietiging in plaats van een plek van eeuwige foltering. … De Kerk verwerpt het idee dat alle mensen van alle geloven automatisch gespaard worden.” Anglicaanse Kerk ontkent hellevuur, de Telegraaf, 12-1-1996; “De hel is geen plaats van eeuwige kwelling. We moeten God niet zien als een sadistisch monster.” Anglicanen zien de hel als het grote niets, Reformatorisch Dagblad, 16-1-1996
[38] Origenes (185-254) wilde de gedachte aan een hel overwinnen door het geloof dat God zal lukken om àlle mensen te veranderen in een lang opvoedingsproces, zodat alles tenslotte uitloopt op een apokatastasis pantoon: het volledig herstel van Gods schepping. Pas in 543 op de synode van Constantinopel wordt Origenes veroordeeld en de hel officieel erkend. De voorstelling van een vagevuur is pas in de 12e eeuw opgekomen. Gijs Dingemans, Mijn hemel, nu is er ook al geen hel meer, HN, okt. 1999.
[39] ‘Majoor’ Bosshardt geloofde niet zo erg in de hel en zeker niet in het vagevuur. S.C. Bax, Intens bewogen met de naaste, Reformatorisch Dagblad, 14-1-2000; Ze geloofde dat er meerdere wegen tot de zaligheid leiden. Evert van Dijkhuizen, Voedsel voor de maag én het hart, Reformatorisch Dagblad, 27-8-2004; ‘Te elfder ure worden alle mensen behouden’, Nederlands Dagblad, 26-6-2007
[40] Ajith Fernando, Belangrijke vragen over de hel (Apeldoorn: Novapres, 1998) p. 20
[41] “Ik belijd tegen alle smaad in, dat God een redder is van alle mensen. God toornt niet, hij heeft de mens lief.” A.F. van Toor en drs. G. Wolvers “Als u dìt niet gelooft, mist u alle heerlijkheid die in mijn hart is” Rotterdamse Eben-Haëzergemeente breidt aantal activiteiten sterk uit, Reformatorisch Dagblad, 1-2-1992.
Niets uit dit artikel mag worden zonder uitdrukkelijke toestemming van de stichting en de auteur/vertaler worden overgenomen, gekopieerd of gebruikt worden. Uiteraard mag volgens de gangbare regels van bronvermelding er wel naar verwezen worden in andere publicaties. Neem bij twijfel eerst contact met ons op via het contactformulier.