Daarom zal de Here wachten
Door M. Blankenburgh
INLEIDING
Dit artikel heeft als onderwerp de vraag: "Waarom laat God me zo lang wachten op een antwoord op m'n gebed?" Het antwoord op deze vraag kan verband houden met velerlei zaken.
Misschien bidden we voor de bekering van iemand die ons zeer na is en de jaren gaan voorbij zonder dat God iets schijnt te doen. Misschien bidden we om verlichting in een ziekte of moeilijkheid en schijnt het toch ondanks aanhoudend dringend gebed dat er geen verlichting komt, ja, dat de dingen zelfs erger schijnen te worden. Misschien zoeken we God op een diepere manier te kennen en voor zover we ons dat bewust zijn, zijn onze motieven zuiver en zoeken we niets dat Gods woord niet belooft. Toch zien we een grotere verdorvenheid in ons eigen hart dan we ooit voor mogelijk hadden gehouden en het lijkt wel of we eerder terugvallen dan vooruitgaan. Of misschien houdt het verband met onze depressie. Maanden of zelfs jaren lijken we al niet meer op de top geweest te zijn.
Het is allemaal erg teleurstellend en bevreemdend. We verlangen ernaar ons weer echt goed te voelen en hebben begrip voor David die in Psalm 13: 2-3 zegt: "Hoelang Here? Zult gij mij voortdurend vergeten? Hoelang zult gij uw aangezicht voor mij verbergen? Hoelang zal ik plannen koesteren in mijn ziel, kommer hebben in mijn hart, dag aan dag? Hoelang zal mijn vijand zich boven mij verheffen?"
Dat is misschien precies de vraag die jij hebt gesteld: hoelang? Hoelang moet ik wachten, Hoelang moet ik dit nog volhouden?
Nu is het zo dat ik in mijn bijbel ontdek, dat God vele malen gebeden niet direct verhoorde en in elk van die gevallen was er voor dit uitstel een goede reden. We zullen een paar van deze gevallen nader bekijken.
STAAN OP DE BELOFTEN
De eerste reden, welke ik ontdekte, waarom God een antwoord op onze gebeden uitstelt, is dat God in zijn beloften ons wil testen. Zijn wij bereid op de beloften van Zijn Woord te gaan staan, als er geen kijk op is, dat deze beloften vervuld zullen worden?
Het duidelijke voorbeeld is Abraham, aan wie een zoon beloofd was. Maar de jaren gingen voorbij, totdat het menselijkerwijs onmogelijk was dat Sara nog een kind zou baren. Als een kind kort na de oorspronkelijke belofte geboren was, zou er voor deze belofte geen grote geloofsbeoefening nodig zijn geweest. Maar toen de jaren voorbijgingen, was Gods belofte het enige waar Abraham op kon rusten. We mogen geloven dat we God kunnen vertrouwen, zelfs als hij niet direct antwoordt. Hij heeft het volmaakte, en derhalve stelt Zijn uitstel niet alleen ons geloof in Zijn beloften op de proef, het test ook ons geloof in zijn planning.
Op Zijn kalender had God de dag gemerkt waarop Izaäk geboren zou worden. Hij zei tot Abraham in Gen. 17: 21 dat Sara Izaäk zou baren: "Op deze zelfde tijd in het volgend jaar."
Er was geen vergissing. God wist wat het beste was. Hij zei tot Abraham in
Gen 18:14: "Te bestemder tijd, over een jaar, zal ik tot u wederkeren, en Sara zal een zoon hebben. "
En het gebeurde alles zoals God beloofd had. Dit wordt nog eens benadrukt in
Gen. 21:2 "En Sara werd zwanger en ze baarde Abraham een zoon in zijn ouderdom, te bestemder tijd, waarvan God tot hem gesproken had."
Ik vind dit een geweldige hulp. Vanaf het moment dat de oorspronkelijke belofte gegeven werd, moest Abraham nog tenminste vijftien jaar wachten. Maar God kende de juiste dag waarop Izaäk geboren moest worden. Dat lange uitstel gaf Abraham de gelegenheid geloof te oefenen in Gods belofte en Gods inspanning. Ook al lukte dan niet zo weten we uit de geboortegeschiedenis van Ismaël.
JOZEF
Laten we nu eens naar Jozef kijken in de Egyptische gevangenis. We weten dat hij opgesloten werd omdat hij niet wilde schipperen met gerechtigheid en reinheid. De maanden en jaren gingen langzaam voorbij. We weten niet precies hoelang Jozef in deze gevangenis bleef opgesloten, maar Gen. 41: 1 verschaft ons hierin een beetje licht. In het vorige hoofdstuk had Jozef de juiste uitlegging gegeven van de dromen van Farao's schenker en bakker. Toen hij tegen de schenker zei, dat deze in zijn vorige positie zou worden hersteld, vroeg Jozef hem: "Blijf aan mij denken, wanneer het u goed zal gaan; toon mij toch u dankbaarheid, door van mij gewag te maken bij Farao, en breng mij uit dit huis."
Ik denk dat de eerste paar weken hierna Jozefs hoop op bevrijding groot was, maar er gingen toch twee volle jaren voorbij, voordat de schenker zijn schuld aan Jozef inloste. Wat een uitstel! Jozef had niet veel geweldigs meer voor zich liggen. Zijn dromen uit zijn kinderjaren, waarin hij zichzelf in een buitengewone positie had gezien, leken in rook op te gaan, maar het blijkt dat Jozef ze beschouwde als Gods belofte voor hem. In Psalm 105: 17-21 wordt er over deze geschiedenis enig licht geworpen. We lezen daar dat "de uitspraak des Heren hem in het gelijk stelde." Misschien kun je Jozefs gevoelens begrijpen. God had een duidelijke belofte gegeven, maar in plaats dat deze belofte hulp en verlichting bracht, dreef deze hem bijna tot wanhoop.
Jozef moet vaak het gevoel hebben gehad dat deze belofte nooit vervuld kon worden. Zulke gedachten houden echter geen rekening met het feit dat God de dag, waarop Jozef bevrijd zou worden, reeds duidelijk op Zijn kalender had aangegeven. Gods beloften worden vervuld, ook al duurt het soms lang voordat we de vervulling zien. Psalm 105 verteld ons verder ook: "Men knelde zijn voeten in boeien, hij kwam in de ijzers tot de tijd, dat Zijn woord uitkwam." De beproeving duurde zolang als het Gods bedoeling was. God heeft de dag van jouw bevrijding duidelijk vaststaan. De bevrijding zal niet een dag langer dan noodzakelijk worden uitgesteld.
GODS PLAN IS HET BESTE.
Kun je je een beeld vormen van het plan dat God met jou leven heeft? Hij kent elk detail van alles wat er iedere dag gedurende elk jaar van jouw aardse pelgrimsreis gebeurt. Jij hebt je eigen plannen en kunt geen begrip opbrengen voor enig uitstel. Maar sta eens een moment stil en denk eens na over de volgende vraag. Welk plan wil je nu eigenlijk volgen, het jouwe of Gods plan?
Ik vind het heel opmerkelijk, dat we nergens lezen, dat Jozef zich over zijn lot beklaagde of ernstig twijfelde aan God. Het lijkt, dat hij tevreden was in het volgen van Gods plan, daar hij wist dat dit het beste zou zijn. Deze gevoelens komen in bepaalde verzen duidelijk tot uiting. Kijk maar eens naar Gen. 45: 5, 8. Toen Jozef zich aan zijn broeders bekend maakte zei hij tot hen: "Weest nu niet verdrietig en ziet er niet zo ontsteld uit, omdat gij mij hierheen verkocht hebt, want om u in het leven te behouden heeft God mij voor u uitgezonden." "En toen Jacob stierf, vroegen zijn broeders zich af of de houding van Jozef nu zou veranderen. Zou Jozef, nu zijn vader niet langer als een getuige aanwezig was, wraak nemen? Dit lezen we in Gen. 50: 15-20. Maar we zien dat Jozef volkomen oprecht was. Tegen zijn broeders zei hij: "Gij hebt wel kwaad tegen mij gedaan, Maar God dat ten goede gedacht." Jozef zag Gods hand in alles wat er met hem gebeurd was.
Er is een grote waarheid die we hierbij goed in gedachten moeten houden. We zullen Gods uitstel niet altijd kunnen begrijpen, omdat Hij zegt:
"Mijn gedachten zijn niet uw gedachten en uw wegen zijn niet Mijn wegen, luidt het woord des Heren. Want zoals de hemelen hoger zijn dan de aarde, zo zijn Mijn wegen hoger dan uw gedachten (Jes. 55: 8-9).”
Laten we daarom, als we ongeduldig worden, genade zoeken om Gods beloften en Zijn planning te vertrouwen.
IN ZWAKHEID ZIJN WE STERK.
In de geschiedenissen in de Bijbel ontdek ik nog een andere reden voor Gods uitstel. Van tijd tot tijd laat God ons wachten om ons aan het eind van onze eigen kracht te brengen. De meeste van ons hebben geweldige reserves aan natuurlijke energie en kracht en deze kunnen voor God een hindernis zijn om door ons heen te werken. We zitten vol met plannen en schema's. We zitten reeds lange tijd in deze zaken en kennen de klappen van de zweep. Dan trekt God Zijn hand terug en laat ons maandenlang wachten. In zo'n tijd beginnen we te leren hoe zwak we zijn. We zinken al lager en lager en komen uiteindelijk op de rots uit en beginnen dan te leren dat Gods kracht in zwakheid volbracht wordt. We beginnen te begrijpen wat Paulus bedoeld als hij zegt:
"Als ik zwak ben dan ben ik machtig (2Kor.12:9-10).”
Laten we eens terugkeren naar de discipelen in de storm op het meer van Galilea, zoals dat voor ons beschreven staat in Matth.14: 22-33. De discipelen zeilden in de avond uit, zoals dat hun door hun Meester in vers 22 was opgedragen. Ze kwamen in een geweldige storm terecht en verlangden naar redding. De eerste woorden van vers 25 zijn erg sprekend: "In de vierde nachtwake kwam Hij tot hen." Waarom liet Hij hen toch zolang wachten? De vierde nachtwake is de periode juist voordat de dag aanbreekt! Ze hadden reeds uren tegen de storm gevochten! Waarom kwam de Here niet de eerste nachtwake, of de tweede of de derde? Waarom liet Hij hen tot de vierde nachtwake wachten?
Laten we meteen zeggen dat we deze vraag nooit ten volle kunnen beantwoorden, omdat Gods wegen altijd hoger zijn dan onze wegen. Een ding is echter duidelijk. De discipelen leerden hun eigen zwakheid en beperkingen. Omdat sommigen ervaren vissers waren, zaten ze er waarschijnlijk niet zo over in toen de storm begon. Ze wisten wat te doen! Ze hadden reeds vele stormen meegemaakt! Maar verschillende uren van wanhopig hozen in de duisternis, met de wind tegen en de boot die heen en weer geslingerd werd, zouden zelfs de sterkste personen tot uitputting brengen. Door dit uitstel gaf de Here hen ergens een les in. Op het punt waar ze niets meer konden doen, kwam de Here tussenbeide en bracht redding.
LAZARUS
Hetzelfde komen we tegen in de geschiedenis van de opwekking van Lazarus in Joh. 11. Lazarus was ziek geworden en z'n twee zusters Martha en Maria waren zo bezorgd dat ze Jezus een bericht zonden. Kijk nu eens zorgvuldig naar vers 5 en 6. Daar wordt gezegd dat Jezus Martha, Maria en Lazarus liefhad en dat Hij bewust nog twee dagen in dezelfde plaats bleef. Wat een vreemde manier om Zijn liefde te uiten! Wij zouden juist denken dat als Hij werkelijk van hen hield, Hij direct op pad zou gaan om hen te helpen, maar bedenk dat Gods wegen hoger zijn dan onze wegen.
Toen Jezus in Bethanië aankwam, was Lazarus, vanwege het uitstel en de lange reis, reeds vier dagen dood. In de tijd dat Lazarus nog leefde, waren zijn zusters steeds vol hoop geweest. Ik ben er behoorlijk zeker van, dat Martha druk bezig is geweest haar broer te verplegen. Ze probeerde alle middeltjes die ze kende. Ze verlangde ernaar dat Jezus zou komen, maar haar hoop werd volkomen de bodem ingeslagen toen Lazarus zijn laatste adem uitblies en stierf. Er was niets meer dat Maria en Martha konden doen. Ze waren aan het eind van hun eigen mogelijkheden gekomen en hadden er geen idee van dat Lazarus op deze aarde met hen verenigd zou worden. Ze geloofden stellig dat Jezus Lazarus kon genezen; tenslotte had Hij al honderden mensen genezen. Maar ze beseften niet, dat Hij een veel groter wonder in gedachten had. Ze konden dit uitstel in het geheel niet begrijpen.
Welnu, we kennen de geschiedenis en hoe aangrijpend was die! De Here stond bij het geopende graf en beval Lazarus uit te komen. En een man, die reeds vier dagen dood was geweest, kwam uit het graf naar buiten, nog geheel in doodskleren gewikkeld. En dit wonder zou niet gebeurd zijn, als de Here op tijd was gekomen. Het veroorzaakte een geweldige opwinding! In vers 45 wordt bijvoorbeeld verteld dat velen in Jezus geloofden vanwege dit wonder, en in hoofdstuk 12 lezen we dat een zo grote menigte Lazarus kwam zien, dat de overpriesters zelfs overwogen Lazarus om het leven te brengen om de opwinding te doen ophouden. De Here werd hierdoor veel meer verheerlijkt dan het geval zou zijn geweest als Hij Lazarus van zijn ziekte had genezen.
WACHT OP CHRISTUS
Laten we deze punten eens op onze eigen omstandigheden toepassen. De Here stelt uit, omdat Hij ons liefheeft. Hij wacht totdat de situatie menselijke hulp te boven gaat. In dit geval had Hij een veel groter wonder in gedachten dan Martha en Maria hadden kunnen voorzien, en dit zou misschien ook voor jouw huidige situatie het geval kunnen zijn. Dit is niet altijd het geval, maar het is zeker een mogelijkheid. Je weet tenminste dat je Hem kunt vertrouwen, dat Hij de dingen voor je eigen bestwil en voor Zijn heerlijkheid uitwerkt.
Nog een laatste punt in verband met dit goddelijke uitstel. Vaak wacht de Here met een antwoord op gebed eenvoudigweg om onze vastberadenheid op de proef te stellen. Het is Zijn manier om scheiding aan te brengen tussen datgene wat we werkelijk begeren en datgene wat we in een eerste opwelling verlangen. Hij moet ons leren onze verlangens te laten overeenkomen met Zijn wil, want ik ben er zeker van dat we ons vaak gedragen als zelfzuchtige kinderen als we tot de Here komen. Zelfs als we naar zijn wil bidden, wacht Hij soms om te zien of we het echt menen. Denk eens aan Hanna, die gedurende vele jaren bad voordat haar zoon Samuël werd geboren. Ze toonde een ware vastberadenheid en uiteindelijk willigde God haar verzoek in. In 1 Sam. 1: 6 staat een vers over Hanna dat bij jou misschien een licht doet opgaan. "Haar mededingster tergde haar voortdurend om haar tot drift te prikkelen", omdat ze zo lang moest wachten op de geboorte van een kind. Onze mededingers doen dat bij tijd en wijle ook. Zij tergen ons voortdurend om ons tot drift te prikkelen. Laat de geschiedenis van Hanna je echter een hart onder de riem steken. Ze heeft misschien lang op een antwoord moeten wachten, maar haar zoon was Samuël, een machtig man van God. Het was zeer de moeite van het wachten waard.
De lessen die we op dit gebied, het wachten op God, van tijd tot tijd moeten leren zijn derhalve soortgelijk aan die lessen die we in het vorige artikel besproken hebben. Gods wegen zijn hoger dan onze wegen. Als Hij iets uitstelt doet Hij dat altijd met een doel en wacht geen dag langer dan noodzakelijk is. Beschouw het wachten als gelegenheden om geloof te oefenen in de beloften en planning van God. Kijk naar alles wat God je leert over je eigen zwakheid. Je zult naar Hem moeten opzien voor het geduld wat je nodig hebt, maar Hij zal het ook geven.
In de Psalmen lees je dat de schrijvers vaak spreken over wachten-op-God. Je kunt ze voor jezelf naslaan, maar ongetwijfeld zul je je het resultaat van Davids geduldig wachten herinneren, zoals dat beschreven staat in Psalm 40: 2: "Vurig verwachtte ik de Here, toen neigde Hij zich tot mij en hoorde mijn hulpgeroep." Ik twijfel er niet aan dat dit ook in de jaren die voor je liggen jouw getuigenis zal zijn.
Niets uit dit artikel mag worden zonder uitdrukkelijke toestemming van de stichting en de auteur/vertaler worden overgenomen, gekopieerd of gebruikt worden. Uiteraard mag volgens de gangbare regels van bronvermelding er wel naar verwezen worden in andere publicaties. Neem bij twijfel eerst contact met ons op via het contactformulier.