Betoverde Voorwerpen
Door drs. W.J. A. Pijnacker Hordijk (update 16-9-2020)
1. Bezielde voorwerpen
2. Tastbaar bijgeloof
3. Getuigenissen van ervaringen met occulte voorwerpen
4. Toetsing aan de Bijbel
5. Hoe als christen te reageren op verdachte voorwerpen?
1. Bezielde voorwerpen
Kinderen fantaseren met poppen, maar beleven hun fantasie als werkelijkheid. Professionele poppenspelers laten hun (buikspreek)poppen bewegen en praten. Daardoor doen zij het publiek vergeten dat het eigenlijk levenloze poppen zijn. Door de poppenspeler worden de poppen dus in feite bezield. Als dansers of toneelspelers maskers dragen, vindt er eigenlijk een transformatie van de persoonlijkheid plaats. Ook dat is een variant van hetzelfde.
Maar is het ook mogelijk om een op zich dood voorwerp tot leven te laten wekken, te bezielen? Een mogelijke psychologische verklaring vinden we bij een onderzoek naar Krissen (traditionele dolken uit Indonesië, Maleisië of de Filippijnen): “De bezieling die de empu [wapensmid] in het wapen [kris] zou hebben aangebracht zijn in werkelijkheid de eigen gedachten en emoties van de krissenliefhebber. Men brengt zichzelf in een toestand van verhoogde aandachtsconcentratie in een zeer beperkt waarnemingsveld. Men gelooft [sic] heilig in wat men waarneemt, autosuggestie.”1 Maar is er niet meer aan de hand dan autosuggestie? Na de vakantie komen mensen met allerlei souvenirs naar huis. Argeloos krijgen deze bijzondere voorwerpen vaak een prominente plaats in huis. Als er later op opvallende wijze minder prettige dingen gebeuren, kan men achterdochtig worden. Heeft dat te maken met die vreemde attributen? Kunnen voorwerpen met geestelijke kracht geladen worden? En kan die kracht een uitwerking hebben op degene die het voorwerp aanraakt? Veranderen traditionele gebruiken in ‘attracties’ of onschuldige souvenirs en verliezen ze hun oorspronkelijke betekenis of blijft dat eraan hangen? Bestaan er demonisch besmette voorwerpen of occulte souvenirs zoals maskers en afgodsbeeldjes, boeddhabeelden, wajangpoppen? Als padvinders in de buurt van hun totempaal2 spelen, worden ze dan daardoor beïnvloed? Komen door het opzetten van een fez of moslimhoed of van een indianenhoofdtooi, demonen van op mijn hoofd ook in mijn hoofd? En andersom: als een Afrikaan een westers T-shirt aantrekt met een of andere satanische tekst of afbeelding van een antichristelijke persoon als Marilyn Manson, komt die Afrikaan dan daardoor ook onder duistere machten te staan, ook al kent hij die tekst of persoon absoluut niet? Sommigen beweren dat ook foto’s en voorwerpen van vorige geliefden ‘geestelijk geladen’ kunnen zijn. Sommige Mariabeelden blijken onverwachts bloed te huilen.3 Poppen zouden door ingewijden door middel van zegeningen, doop, bezweringen, banspreuken en rituele handelingen met verschillende krachten geladen kunnen worden, waardoor er een onzichtbare band tussen de pop en het geestelijk wezen zou ontstaan.4
De sjaal van de Dalai Lama zou occult zijn, want de lama’s gebruiken de stof om mensen daarmee aan te raken en iets van de geest die in hen woont over te laten gaan op degene die de aanraking ontvangt. Het zou gaan om de aanraking, terwijl de stof het medium is waardoor dat gebeurt. Doordat een kerkelijk leider die sjaal zich heeft laten omleggen, heeft hij in zijn positie een deur voor demonische invloeden in zijn kerkelijke gemeenschap geopend.5 De verkondigster van deze mening werd van repliek gediend door iemand die jaren in Nepal heeft gewoond. Hij kreeg wel zo’n 45 sjaals, en vindt er niets occults aan. Bij het afscheid nemen, uit respect, uit vriendschap, als blijk van waardering en om een goede reis te wensen, worden sjaals aangeboden. Is een ferme handdruk dan trouwens niet een directer lichamelijk contact met negatieve gevolgen dan het omhangen van een sjaal?!6 Laten we oppassen voor onterechte geestelijke smetvrees.
Als er geestelijk negatief geladen voorwerpen zijn, is het dan mogelijk om voorwerpen positief op te laden? Kun je voorwerpen door gebeden heiligen of wijden? De Rooms- Katholieke Kerk en de Griekse Kerk kennen het wijwater. Dit is het door de priester gewijde water, bestaande uit (sneeuw)water en soms met olie en zout vermengd tot een sacramenteel gebruik, namelijk tot besprenging van mensen en voorwerpen (bijvoorbeeld het kerkgebouw) ter toewijding aan de geestelijke dienst en ter afwering van boze, duivelse invloeden.7 Moeten we dit typeren met syncretisme, animisme of toverij? Anima is ziel. Animisme is de leer volgens welke anima of zielestof de drager is van alle levensfuncties en een levensbeschouwing, die aan alle dingen anima of bezieldheid toekent.8 Volgens deze leer is dus alles bezield, en is het niet idioot om met bomen te praten, zoals sommigen doen en leren. Geest en materie zijn onafscheidelijk. Elke plaats of voorwerp heeft echter niet een geestelijke macht, hoewel ook vele kerken, kapellen, kathedralen en tempels op zogenaamde ‘krachtplaatsen’ gebouwd zouden zijn.
Dit alles kan een moderne westerse christen bevreemden. Het stelt ons, zo blijkt ook hierboven, voor vele vragen en het lijkt ver van ons bed. Het is niet meer van deze tijd en wij (her)kennen het niet of nauwelijks nog in onze cultuur. Maar reeds in Numeri 5 vinden we in de Wet iets degelijks: indien een gehuwde, van overspel beschuldigde vrouw heilig water vermengt met stof dat op de vloer van de tabernakel ligt (met de op een blad geschreven vervloeking, opgelost in het bittere water) verplicht drinkt, zal dit bitter en vloek-brengend water haar buik doen opzwellen en haar schoot doen verschrompelen. Maar indien zij ten onrechte van overspel beschuldigd is, dus als ze rein is, zal ditzelfde gedronken water haar niet deren en kan ze nog wel zwanger worden. In het laatste geval zal de door de priester uitgesproken vervloeking bij dit voorgeschreven ritueel geen uitwerking op haar hebben. Materie kan dus een geestelijke uitwerking hebben.
‘Gewone’ gebruiksvoorwerpen als meubelstukken, schilderijen en kleedjes kunnen in bepaalde gevallen wel degelijk occult besmet zijn volgens ds. T. de Ruiter.9 Het gaat dan meestal om voorwerpen die een rol hebben gespeeld in spiritistische seances of waarover vervloekingen zijn uitgesproken. Erfstukken van mensen die in de Vrijmetselarij hebben gezeten zijn vaak besmet. Kan een huis behekst zijn omdat daar een toverdokter woonde en daar zijn duistere praktijken uitoefende? Wie kent niet de verhalen van betoverde piramiden? Grafschenners zouden een vloek over zich heen hebben gehaald. Fantasie of feit? Is dit de echte verklaring voor de mysterieuze dood van argeloze archeologen? Bestaan spookhuizen echt? Als in een huis occulte praktijken hebben plaatsgevonden, kan zelfs een heel huis besmet zijn. Lichamelijk en geestelijk welzijn kunnen hieronder lijden. Zelfs een geheiligd voorwerp als de koperen slang van Mozes10, de vergulde houten kist of ark11, of de tempel12 kan leiden tot afgoderij. Een kerkgebouw is evenmin gevrijwaard van misbruik. Een Bijbel of gebedenboek als bescherming onder je hoofdkussen of op zieke lichaamsdelen leggen, is eveneens afgoderij. Hoewel de Bijbel geen occult voorwerp is, blijkt dit boek wel superieur over het occultisme te zijn. Een van de frappante verhalen is deze: ‘Zo was een dochter van een sjamaan tot geloof in Christus gekomen. Maar de geesten hadden haar vader overtuigd dat hijzelf ging sterven en dat zijn geest naar zijn dochter overgebracht moest worden. Het meisje had geen keus. Bij de ceremonie die volgde moesten allerlei spullen voor de geesten verbrand worden. In vertrouwen op God legde de dochter haar Bijbel erbij. Het vuur werd aangestoken... en alles verbrandde – behalve de Bijbel! Door dit wonder zijn de inwoners van da dorp tot geloof gekomen, zo is ons verteld.’13
Het verhaal gaat dat een zieke Yjsbrand Dommer op 15 maart 1345 in een woning aan de Amsterdamse Kalverstraat nadat hij het 'sacrament der zieken' had gekregen, overgaf. Zijn braaksel werd in het vuur gegooid, maar de hostie brandde niet. In plaats daarvan bleef het boven het vuur zweven. Daarop kwam de pastoor van de huidige Oude Kerk. Hij nam de hostie mee naar zijn kerk. De volgende dag bleek de hostie echter weer in de kist te liggen in het huis aan de Kalverstraat. Opnieuw bracht de pastoor de hostie terug naar de kerk. Maar de geschiedenis herhaalde zich en de hostie had zich weer op miraculeuze wijze naar de Kalverstraat verplaatst. De rooms-katholieke kerk verklaarde deze gebeurtenis in 1346 tot wonder. Deze en dergelijke mirakelverhalen voeden het bijgeloof, maar zijn onverifieerbaar. Sommigen misbruiken een kruisje of crucifix om hun nek als amulet.
Er zijn voorwerpen die geluk moeten brengen. De bismallah is één van de krachtigste amuletten in de wereld van de islam. Het zou zijn eigenaar beschermen tegen het kwaad. De inscriptie geeft de aanvang van alle hoofdstukken uit de koran weer, namelijk ‘in naam van Allah, de barmhartige, de genadevolle’.
Door een magische formule of spreuk aan toe te voegen worden deze voorwerpen krachtiger. Te onderscheiden vallen mascottes, fetisjen, amuletten en talismans.
2. Tastbaar bijgeloof
Een mascotte (komt van masco of maska wat heks betekent) is een voorwerp of dier, soms een persoon of engel die als gelukbrengend wordt beschouwd en daarom op plaatsen en gelegenheden wordt aangebracht resp. meegevoerd, waarbij geluk wordt afgeroepen. Voorbeelden: hoefijzer, beschermengel ‘Librabis’, welke met zijn goudglanzende vleugels en flonkerend sterrenkristal staat voor welvaart en geluk of een poppetje aan de spiegel in de auto.
Een fetisj is een voorwerp van ziekelijke en bijgelovige verering, of een (houten) beeldje waaraan magische eigenschappen (bescherming) worden toegeschreven. Een andere lezing, afkomstig van het Latijnse facticius, is: ‘kunstig gemaakt’. Met betrekking tot fetisjen wordt geloofd in een bovenzinnelijke demonische macht in een levenloos voorwerp, een kracht, een wezen, een geest die in dat voorwerp is vastgelegd.14 In zogenaamde primitieve culturen worden haren, klauwen, tanden, nagels, hoorns, kevers (scarabees), hout, laurier, knoflookstelen als een fetisj gebruikt. De volgende voorbeelden zijn ook in deze moderne tijd in zwang: klavertje vier, paddenstoelen, geluksmunten, Japanse Tomagotchi enz.15
Een amulet is eigenlijk een synoniem van fetisj. Het komt van amula (olieflesje) of hamal (hostie). Een andere lezing is dat het afkomstig is van het Arabische woord hammalat dat ‘draagband’ betekent, soms wordt het ook herleid tot het woord hamail, ‘zwaardgordel’ of ‘halssnoer’16. Een amulet is een voorwerp waaraan men heilige macht toeschrijft en dat men bij zich draagt als afweermiddel tegen ziekte, verwonding, betovering, kortom: onheil. Voorbeelden zijn de om de hals gedragen penning, in sommige stammen een piercing, gebedsketting, een dolfijn en zogenaamd geneeskrachtige stenen. Er zijn sierstenen in de handel (!) die worden aangeprezen als panacee (wondermiddel tegen allerlei kwalen). Als u het geloven wilt, zijn er stenen tegen slapeloosheid, zweetvoeten, plankenkoorts, vergiftiging, nachtmerries, epilepsie, enz., enz. Na het tegen betaling opladen met ‘supra-mentale energie’ of inwijden, beschermen deze stenen tegen machten, ziekten en zelfs tegen nucleaire explosies.17 Volgens de antroposofie bestaan er analogieën tussen edelstenen en menselijke vermogens, bijvoorbeeld:
jaspis – reukzin
smaragd – bewegingszin
robijn – intuïtie
In Turkije heeft ‘het boze oog’ het gemunt op menselijk geluk. Maar een klein blauw ‘oog’, een ‘nazar bonzuk’, een magische, vaak blauwe steen, zou het afweermiddel zijn.18 Edelmetalen, liefst gedragen in de buurt van het zieke orgaan, zouden ook genezend werken. De soepsteen die wordt meegekookt, maakt het water in werkelijkheid niet smakelijker. Zo’n steen is een toonbeeld van illusie en zelfbedrog. Hoewel de wonderlijke werking zeer onwaarschijnlijk is, blijkt het soms toch te werken, wat te verklaren is zowel uit een placebo- effect of als een geheimzinnige magische werking. De uitkomst dat iets werkt, heiligt het middel niet. Hoewel pragmatisme aanlokkelijk is, is het middel menigmaal erger dan de kwaal.
De bio-regulator is een (vaak vergulde) armband om de pols met twee bolletjes waartussen een krachtenveld zou bestaan. Deze armband wordt vaak om de pols gedragen en is verbonden met de kosmische energie, zo wordt gesteld. Aan mensen wordt zo troost geboden, maar ook veel meer: een heilzame werking op hoofdpijn, rugpijn, stotteren, slapeloosheid, lage bloeddruk, rugklachten, doofheid, hooikoorts, maagzuur, darmstoornissen, epilepsie, nerveuze spanningen, enz. Deze bio-regulator moet een jaar lang gedragen worden. Afdoen tijdens sporten of douchen vermindert de werking, dus uit angst laat je dat wel uit je hoofd. De afhankelijkheid leidt tot slavernij en dan wordt deze bio-regulator in feite een slavenketting.19
De van oorsprong Italiaan Bruno Santanera, die neergestreken is in het Groningse gehucht Godlinze, bedacht het 'heilzame' magnetische hangertje BioStabil (in de vorm van het yin-yang-teken) dat het lichaam zou ontladen van een overschot aan negatieve of positieve spanning. Dit zou de oplossing zijn voor alle gezondheidsproblemen, variërend van hoofdpijn tot onvruchtbaarheid. Een juwelier schat de waarde hiervan op €40 i.p.v. de gevraagde €119. Op het hoogtepunt verkocht hij een kwart miljoen van deze amuletten. Santanera ontving naar eigen zeggen 26.000 bedankbrieven.20 Typisch placebo-effecten of zit er meer achter?
En wat te denken van het ingestraalde water en de kaartjes met liefdesenergie van Jomanda? Je kunt je ook afvragen of de mezoeza (Hebreeuws voor ‘deurpost’, een smal doosje of kokertje met een tekst uit Deuteronomium op perkament geschreven) wat letterlijk schuin op een deurpost is bevestigd en wat bij binnenkomst en vertrek aangeraakt wordt, een soort amulet van de Joden is. Op de buitenkant staat de Hebreeuwse letter Sjin, eerste letter van ‘Sjaddai’ (= Almachtige) of staan de Hebreeuwse letters Sjin, Daled en Jod, de beginletters van ‘Sjomeer Delet Jisraeel’, wat ‘Beschermer van de Poorten (deuren) van Israel’ betekent.” Amulet als ‘beschermings-’ en ‘afweer’middel tegen onheil of boze geesten bedoeld, brengt juist onder invloed daarvan. In de Bijbel vindt men het in de vorm van oorversierselen, voorhoofdbanden, armbanden, voetkettinkjes, gordels, zegelringen, neusringen enz. (Gen.35:4, Ex.13:18, Jes.3:20). Bij ons in de vorm van een hoefijzer, dat men boven de deurpost spijkert om zich tegen ongeluk te ‘beschermen’, of dat men op een kaart voor verjaardag of nieuwjaar stuurt. Het is surrogaat voor bescherming in Christus zoeken en op Hem alleen vertrouwen”.21
Een talisman (komt van Arabisch tilasm, en Grieks telesma. Het betekent betaling, belasting, religieuze ceremonie; of van telein [voltooien, een zaak afwikkelen, voltooien, offers brengen, offeren]22; een andere lezing: afkomstig van het Arabische woord teesm dat ‘wijding’, ‘consecratie’ betekent23) is bedoeld zowel om gezondheid, geluk, voorspoed aan te brengen als tegen ongeluk te behoeden. Een Hebreeuwse talisman heet ‘erew’ en is meestal een zakje met heilige aarde uit Palestina.24 Voorbeelden: paardenharen, een papiertje met een spreuk uit de koran, een andere toverspreuk, of zelfs een Bijbelvers in een kinder- of ziekenkamer, auto, enz. Men heeft hier te doen met dezelfde duistere bron: satan, en dezelfde demonische machten als in de zwarte magie, ook al wordt het een en ander nog zo goed gecamoufleerd.25 Tot voorbeelden van werktuigen van de toverij rekent Derek Prince: hoefijzers, geluksmunten, heiligenplaatjes, amuletten, ankhs (kruis met een lus), geboortestenen, gelukshangertjes (bijvoorbeeld voor de verwijdering van wratten), kristallen die voor genezing gebruikt worden, hallucinogene drugs, ‘heavy metal rock’ platen of cassettes, heksentekens, gelukssymbolen, ouija-borden, heidense bescherming biedende of gelukaanbrengende talismannen (sic), of andere religieuze kunstvoorwerpen, plancettes (sic), sterrenbeelden.26
Relikwieën of relieken (Latijn reliquiae) zijn overblijfselen die binnen bepaalde religies vereerd worden. In tegenstelling tot protestantse kerken, waar het aankomt op het gehoor, zijn in andere kerken vaak het gezichtsvermogen, en zelfs de tastzin belangrijke zintuigen. Met name in het rooms-katholieke27 en oosters-orthodoxe christendom en in het hindoeïsme en boeddhisme speelt de verering van relikwieën een belangrijke rol. Binnen sommige stromingen van de islam heeft reliekverering een zekere rol, maar binnen andere stromingen wordt dit afgewezen als afgoderij.
3. Getuigenissen van ervaringen met occulte voorwerpen
Voor alle duidelijkheid: onderstaande voorbeelden zijn geen aanbevelingen tot navolging. Wat is de uitslag van de toetsing?
* Een vrouw kreeg elke ochtend om negen uur aanvallen. Tijdens zo’n betovering zei een mannelijke stem door haar heen dingen tot pastor Keller, die ze onmogelijk uit haar zelf kon weten. Dan sprak ze in Hoog Duits, wat ze anders niet kon spreken. Haar karakter veranderde ook compleet ten kwade. Op een dag zag pastor Keller een kleine leren (tabaks)zak om haar nek. Daarop riep die stem, die zich eerder bekend had gemaakt als een bepaalde zigeuner: “Laat dit zakje je niet afnemen!” Toch rukte de pastor het af. In het zakje bleek een papiertje met een toverformule (verbond) te zitten. Hierna was de vrouw geheel genezen.28
* “Een collega kon maar niet zwanger worden. Toen vertelde ik haar dat ik met wicca [hekserij] bezig was en ik voeg haar of ik een talisman voor haar mocht maken. Zij geloofde daar niet in, maar ze vond het goed. Dus maakte ik met een gekleurde doek, kruiden en een spreuk een talisman voor haar. Binnen ‘no time’ was ze zwanger.”29
* Zo liet een boer zijn zoon die kinderverlamming had, door een berucht bezweerder genezen, wat volledig gelukte; maar toen de jongen 16 jaar was, sneed hij zonder enige aanwijsbare reden zich de halsslagaders door. De vader vond bij zijn dode zoon een amulet van de bezweerder. Het was een leren zakje met daarin een briefje waarop de woorden: “Deze ziel behoort de duivel toe.”30
* Een doek met vier schitterend geborduurde draken, een erfstuk, kreeg een ereplaats aan de muur van Derek Prince. Maar toen begon hij een ondefinieerbare tegenstand in zijn bediening te ervaren. Na intensief gebed en vasten werd hij bij die draken bepaald. In de Bijbel wordt de satan als draak afgebeeld (Op.12:1-12).31 Past het een dienstknecht van Christus, in zijn huis voorwerpen uit te stallen, die de grote tegenstander van Christus, satan, symboliseren? Kort nadat hij de draken had weggedaan, onderging zijn financiële positie een drastische verbetering. Het waren geen gesneden beelden, maar wel afbeeldingen van een valse god die duizenden jaren lang in China aanbeden was. Door ze in zijn huis te halen, had hij zichzelf en zijn gezin onwetend aan een vloek blootgesteld.32
* “Zouden de empu’s of wapensmeden in staat zijn geweest goede of kwade krachten in het gesmede lemmet te vangen of via de kris bepaalde krachten voelbaar maken? Er zijn immers mensen die voelen of een kris onrust of boosaardigheid uitstraalt. Sommige mensen geloven dat een bepaalde kris hun bezittingen kan bewaken en beschermen. De bewakingskris, die bij onraad geluid maakt. Een andere kris kan behulpzaam zijn bij het zoeken naar contact met het hogere, de meditatiekris. De kris is daarbij geen afgod, maar boodschapper tussen kosmos en mens. Zowel mystiek als magie zouden aan de kris verbonden kunnen zijn”, aldus de Indonesiërkenner dhr. R. Greve.33
“Kennissen die ‘belezen’ krissen als souvenir hadden meegebracht, waren lange tijd psychisch of lichamelijk ziek. Zij hebben een terafim van een familie in huis (mijn vrouw kreeg letterlijk een schok en deinsde terug bij het naderen van een kris). Een vriend van ons trachtte na zijn bekering een houten afgodsbeeld te verbranden, maar het heeft lang geduurd voordat het vlam vatte. Een metalen beeldje werd in een rivier gegooid, maar wilde niet zinken, en zo kunnen wij nog vele voorbeelden geven.”34
* “Toen ik voor 3xM op werkbezoek in Afrika was, kocht ik eens een masker en vroeg de verkoopster of zij het had meegenomen naar een lokale tovenaar. Ze giechelde en zei: ‘Nee.’ Hoewel ik me een beetje ongemakkelijk voelde, kocht ik het toch, omdat ik het mooi vond. Thuis hing ik het op boven de open haard. Spoedig daarna begonnen er vreemde dingen te gebeuren. Een paar maanden na elkaar kregen mijn vrouw en ik allebei een auto-ongeluk en de auto was in beide gevallen total loss. Zoiets is ons noch voor, noch na de periode van het masker35 overkomen. Mijn vrouw zag ook een paar stenen beeldjes in onze woonkamer door de lucht vliegen. Toen zij keek, vielen ze neer en braken. Ik begon te bidden. De overtuiging groeide dat ik het masker uit mijn huis moest verwijderen, het vernietigen. Daarna keerde de rust weer. We zijn in het westen heel rationeel bezig met bovenstaand onderwerp. Maar daarmee is de occulte beladenheid van maskers en dergelijke niet afwezig. Het masker dat ik kocht als een toeristische attractie, bleek zodanig belast te zijn, dat het grote invloed had op mijn dagelijks leven. Ik ervoer dat God boven alle geestelijke machten staat in deze wereld.”36
* Een gemeentelid kreeg als cadeautje een beeldje uit Afrika. In de eerstvolgende dagen werd hij steeds meer gehinderd om de Bijbel te lezen en werd hij onrustig. Na het verwijderen van het beeldje keerde de rust in hem terug.
* Een ander gemeentelid, afkomstig uit Suriname, kreeg een mooi aangeklede pop in Surinaamse klederdracht toegestuurd. Een bezoekster vertelde haar dat er iets niet goed mee was. Zelf meende ze ook al dat er een vreemde sfeer omheen hing. Bij navraag in Suriname bleek de maakster ervan ’toverspreuken’ te gebruiken om tot een ‘mooi’ resultaat te komen.37
* De realiteit van spookhuizen, klopgeluiden, bewegende voorwerpen, enzovoort, is door de deskundige ds. van Dam bevestigd.38
* De Thaise evangelist en directeur Somsak van de Bijbelschool in Phayao in Thailand, getuigt: “Als mijn vader een vijand had, dan nam hij een klomp leem en hij maakte daar een klein mannetje van, schreef de naam van zijn vijand erop en hij legde dit poppetje in het vuur. De persoon wiens naam erop stond kwam dan op een gruwelijke wijze aan zijn einde. ...Wees vooral voorzichtig als u een souvenir wilt kopen. Vaak gaat het daarbij om afgodsbeelden of andere voorwerpen die aanbeden worden en waarvan een demonische kracht uit gaat. ... Wanneer hier in Thailand amuletten gemaakt worden, zijn er in de betreffende ruimte wel zeven priesters aanwezig. Via bepaalde ceremonieën en formules proberen zij de geesten aan te roepen, opdat deze in de beelden zullen varen. Als dat werkelijk gelukt, dan kan de bezitter van zo’n amulet de ‘bekwaamheden’ van de betreffende boze geest krijgen en hij wordt door hen daar ook mee lastig gevallen. Ook voor christenen geldt: Als wij zulke voorwerpen bezitten, kan de boze geest zijn macht in ons huis uitoefenen. We hebben bijvoorbeeld geen zin meer in Bijbellezen, of er ontstaat ruzie in onze familie, waardoor het Woord van God Zijn werking verliest. ... Als u in een land als Thailand iets koopt, stel u dan eerst ervan op de hoogte waarvoor de voorwerpen eigenlijk gemaakt zijn.”39
* ”Mijn vrouw en ik hebben het niet gezocht, we werden ervoor geplaatst. Het gaat over iemand die zich aangesloten had bij een satansgemeenschap. Voordat wij hem leerden kennen, was hij in psychotherapie wegens borderline-problematiek. Ook onze psychotherapeutische bemoeienissen leverden niets op. Pas na zeer zware strijd is die persoon tot bevrijding gekomen, met veel compassie en gebed. De tegenstander was daar kennelijk niet blij mee. Wij werden in die tijd bedreigd via de telefoon. Paranormale verschijnselen traden op in ons huis. Voorwerpen gingen bewegen zonder menselijk toedoen. Met as geschreven tekens werden op deuren en dossiers getekend. En elektrische apparaten gingen aan en uit. Ook maakten wij het mee dat, terwijl wij een kerkdienst bezochten, alle Bijbels in huis op de grond gegooid waren. Wij zagen die acties als bangmakerij met het doel om te stoppen met onze geestelijke strijd. Juist dat gegeven stimuleerde ons door te gaan tot God ons de overwinning liet meemaken op basis van het verrichte werk van Jezus”.40
* Foto’s kunnen een intermediair zijn tussen de zichtbare en onzichtbare wereld, zoals in dit getuigenis naar voren komt: “Een ‘dukun’ of dorpsmedicijnman legde zijn handen in mijn nek, prevelde mantra’s en verzocht mij te ontspannen en te kijken naar het portret van zijn overleden vader. De rugklachten verdwenen als sneeuw voor de zon. Genezen!”41
* Moslims wereldwijd bidden vijf keer per dag richting Mekka. Alles draait in de islam letterlijk om de Kaäba, waarin een meteoriet is gemetseld. Het aanraken van deze steen, ook in gedachten, zou tot vergeving van zonden leiden. Uit de beschrijving van het gebeuren in Mekka blijkt dat voor moslims deze steen vervuld is met onzichtbare krachten.
* Wonderbaarlijke verandering - Al bij de geboorte krijgt een kind uit een boeddhistisch gezin een rood armbandje om. Dat armbandje dient ter bescherming tegen boze geesten – en mag daarom nooit meer af. Lenie: ‘Veel kinderen in Cambodja lijden aan vreselijke nachtmerries. Drie jaar geleden waren er in de Engelse les bij OM een aantal kinderen, die door de liedjes en de Bijbelse verhalen begrepen dat armbandjes je niet kunnen beschermen, maar dat alleen Jezus Christus overwinnaar is over boze machten. Zij wilden hun armbandjes daarom niet meer. Drie van hen kregen daarvoor de toestemming van hun ouders. Tijdens een gezamenlijk gebedsmoment in de klas werden de armbandjes doorgeknipt, en op dat moment kregen deze drie kinderen hetzelfde visioen van Jezus. Dit maakte zo’n indruk op de andere kinderen, en hun ouders, dat veel meer kinderen toestemming kregen om de bandjes door te knippen. Tegenwoordig is er geen rood armbandje meer te bekennen. En de angstdromen zijn verleden tijd. Binnenkort wordt het eerste meisje, nu 15 jaar oud, gedoopt.’42
* Tenslotte een heel modern voorbeeld: Zelflerende robots zoals 'Alexa', communiceren, voeren opdrachten uit en peilen steeds trefzekerder je wensen en behoeften en ontwikkelen zichzelf. Tot verbijstering van gebruikers begon Alexa soms zomaar te lachen. Zou kunstmatige, zichzelf versterkende intelligentie misschien ooit gemanipuleerd kunnen worden door demonen? Zouden demonen zich kunnen nestelen in deze zelflerende robots? 43 Volgens Op. 13:14, 15 zou dit inderdaad kunnen.
4. Toetsing aan de Bijbel
Bovenstaande rij getuigenissen of illustratieve voorbeelden kan natuurlijk moeiteloos verlengd worden. Maar deze getuigenissen zeggen toch al genoeg. De realiteit van besproken voorwerpen lijkt overtuigend. Dat iets werkt of werkzaam is, wil nog niet zeggen dat het kosher is. We moeten niet pragmatisch, maar principieel zijn. Kijk niet alleen naar de uitwerking, het resultaat, maar ook naar de bron. Waar komt het vandaan: uit God, satan, of uit de mens zelf? Satan wordt ook wel aap, na-aper, van God genoemd en is dus weinig origineel. Soms kan het dus lijken dat iets van God komt, maar het tegendeel blijkt waar. Het kunnen onderscheiden van geesten is hier onontbeerlijk. Denk nooit dat de duivel ook filantropisch te werk gaat. Aan zijn praktijken hangt altijd een forse prijskaart. Koop nu en betaal later, want betalen zàl je! Vinden we voorwerpen of materie die bezield zijn terug in de Bijbel? Het antwoord is: ja. Maar lang niet elk dier, elke plant of voorwerp is bezield.
* Een voorwerp kan gezalfd worden. Zo zette Jacob vaak een steen apart als herinnering die soms gezalfd werd met olie.44 Daarmee komt deze gemarkeerde steen echter niet tot bezieling. Een markante boom als Terebint (van Moré, Mamre en Tabor45), kan een belangrijkere positie innemen dan oriëntatiepunt: heilige bomen en gewijde palen. Naast gewijde stenen (deze vertegenwoordigden Baäl of in het algemeen de mannelijke goden) kende men in Israël ook gewijde palen of Asjera’s en de Astartes. Het is onduidelijk of de godin Asjera haar naam aan de gewijde paal heeft gegeven of omgekeerd naar zo’n paal is genoemd. Zulk een gewijde paal, die oorspronkelijk een levende boom kan zijn geweest, maar later een paal die een boom moest voorstellen, stond naast het altaar.46 Deze palen kwamen zelfs in Israël veel voor en moesten resoluut worden omgehakt en verbrand. Gideon kapte met de afgoderij door ’s nachts de gewijde paal om te hakken, maar de wraak van Baäl bleef uit, de kwade bezieling van de paal bleek afwezig.47 Op grond van Jer.10:14 kunnen we niet stellen dat alle door een goudsmid kunstig vervaardigde afgodsbeelden een geest in zich hebben. Het is daarom onbegrijpelijk dat weldenkende mensen een levenloos voorwerp als hun god aanbidden.
* Reeds in het eerste Bijbelboek vinden we de terafim, een soort huisgoden in de vorm van beeldjes of maskers.48 Rachels bijgeloof steunde op de gedachte dat het geluk van het huis van haar vader Laban door middel van de terafim op Jacobs huis zou overgaan. De mooie en geliefde Rachel pleegde dus afgoderij. Let dan op haar einde: Rachel kreeg met moeite kinderen en stierf in het kraambed toen ze van Benjamin beviel.49 Het sterven in een kraambed is natuurlijk niet altijd te wijten aan een zonde. Het vragen van de terafim betekent het consulteren van dodengeesten en in feite van demonen. De terafim en veel andere houten of stenen afgodsbeelden fungeerden dus als medium waardoor de duivel sprak.50
* De tabernakel met al haar gerei werd uitvoerig beschreven en kort wordt verhaald dat ook deze werden gezalfd51en de makers door Mozes gezegend.52Toen deze mobiele tempel met al haar verschillende onderdelen klaar was, “bedekte de wolk de tent der samenkomst, en de heerlijkheid van de Heer vervulde de tabernakel, zodat Mozes de tent der samenkomst niet kon binnengaan, want de wolk rustte daarop, en de heerlijkheid van de Heer vervulde de tabernakel.”53 Eeuwen later gebeurde hetzelfde bij de inwijding van de tempel. De tabernakel of ‘tent-tempel’ werd vervangen door de tempel van Salomo. Toen deze was gebouwd en ingericht “vulde een wolk het huis van de Heer, zodat de priesters vanwege de wolk niet konden blijven staan om dienst te doen, want de heerlijkheid van de Heer had het huis van de Heer vervuld.”54 De aanwezigheid van de God was blijkbaar tastbaar of voelbaar aanwezig. Maar door zonde, met name afgoderij (Israël aanbad de vruchtbaarheidsgod Tammuz, de zon en allerlei dieren) week de Here God uit dit heiligdom.55 Stapsgewijs verdwijnt de heerlijkheid des Heren (Nieuwe Bijbel Vertaling: ‘stralende verschijning’) uit de tempel en namen andere geesten ervan bezit. De satan blijkt weer eens niet origineel, maar de aap van God te zijn. Maar er komt een keer ten goede: deze heerlijkheid van de Heer keert weer terug.56
* Een bepaalde plek kan door bloedschuld (bijvoorbeeld moord of afgoderij) worden ontheiligd en moet worden ontzondigd en dus geheiligd.57 Occulte offerhoogten en altaren, gewijd aan afgoden werden bewust ontwijd, bijvoorbeeld door de vrome en radicale koning Josia.58
* Voorwerpen kunnen door geestkracht in beweging worden gezet. Een ijzeren bijl komt boven drijven59, stokken of staven blijken op commando slangen te worden en omgekeerd.60 Met een beker kon Jozef waarzeggerij plegen en door het drinken uit de beker van boze geesten kon men in gemeenschap met die boze geesten komen.61 Bepaalde doeken van62 Paulus werden aan zieken gebracht, zodat hun kwalen weken en de boze geesten uitvoeren. Joodse exorcisten zijn hiervan zeer onder de indruk en laten zich door Paulus inspireren. Een boze geest doorziet echter de aanmatigende autoriteit en het gebrek aan authenticiteit, want ze missen een persoonlijke relatie met de Heer Jezus. Niet de (bezwerings-)formule, maar de relatie is dus bepalend.
* Een frappant voorbeeld van het vitaliseren van een onbezield voorwerp vinden we in Openbaring 13. Het beest dat opkwam uit de aarde gaf de opdracht een beeld te maken voor het beest dat ondanks zijn steekwond toch leefde. Het kreeg de macht om dat beeld leven in te blazen, zodat het beeld van het beest ook kon spreken en ervoor kon zorgen dat iedereen die het beeld niet aanbad, gedood zou worden. Dit was een uitzondering op de regel. Dat voorwerpen onbezield zijn, is vanuit Gods Woord overduidelijk. Makers van afgodsbeelden worden belachelijk gemaakt omdat een onbezield stuk dood hout, steen of metaal als een stomme god aanbeden zou moeten worden.63 Telkens heeft de mens geprobeerd uit dode stof een levende, reddende (af)god te maken, in plaats van te erkennen dat, precies omgekeerd, God de mens geschapen heeft. Paulus wandelde door Athene en struikelde bij wijze van spreken over de afgodsbeelden daar. Hij stond niet stil bij betoverde voorwerpen, maar stelde dat ‘het goddelijke niet gelijk is aan een beeld van goud of zilver of steen, het werk van een ambachtsman, door mensen bedacht.’ Paulus verkondigde in deze Griekse hoofdstad de uit de dood opgestane Verlosser Jezus Christus. Toch kun je niet zeggen dat die beelden er helemaal niet toe doen of dat men ze alleen gewoon voor de sier bewaart. “Wee de vrouwen die toverbanden naaien voor alle polsen en handen, die sluiers maken die passen op ieders hoofd om zo de zielen van de mensen te vangen. ... daarom zegt God, de HEER verscheur ik de banden waarmee jullie de mensen als vogels vangen; ik scheur ze van je armen af en laat de mensen vrij die in je netten verstrikt zijn geraakt. Ik verscheur de sluiers en ik ontruk mijn volk aan jullie macht.”64
* Het offeren aan andere, vreemde goden(beelden) is volgens Deut. 32: 17 en 1Kor. 10: 20 offeren aan boze geesten. Deze praktijk is niet alleen een belediging van de ware God, maar brengt mensen in de totaal verkeerde invloedsfeer.
5. Hoe als christen te reageren op verdachte voorwerpen?
1. Laat je leiden door de Heilige Geest, de Geest van de waarheid vanuit Gods Woord. De nuchtere spreekwoorden ‘bij twijfel niet inhalen’ en ‘beter voorkomen dan genezen’, gelden ook op dit terrein. Als de Heilige Geest u een innerlijke onrust of onvrede geeft kunt u beter een bepaalde voorwerp niet aanschaffen of juist verwijderen, wellicht zelfs (laten) vernietigen. Een volkomen toegewijd hart is de Heer welgevallig. Telkens weer worden we opgeroepen om te onderzoeken of wat we in huis hebben de Heer welgevallig is. Gods Woord is er heel helder over: “Hun godenbeelden moet u verbranden, zonder u het zilver en goud ervan toe te eigenen, want dat zou uw ondergang worden omdat de HEER, uw God, ze verafschuwt. Geef die gruwelijke beelden geen plaats in uw huizen, anders wordt u net als zij aan de vernietiging prijsgegeven. U moet er een diepe afschuw, een hartgrondige afkeer van hebben; de ban van de HEER rust erop.”65
Zowel aartsvader Jacob in Genesis 35 als nieuwe christenen in Hand.19, hielden een grote schoonmaak. Zelfs heel kostbare voorwerpen werden begraven en zelfs liever verbrand dan verkocht, want ‘als het slecht is voor mij, is het ook slecht voor jou’. Occulte boeken, verdwenen omdat Christus was binnengekomen. Als we daarmee maar niet de indruk wekken dat dat dan wel een garantie tegen rampspoed zou opleveren; juist het geloof wordt vaak zwaar beproefd. Heel ons leven plus al onze bezittingen zijn van de God die ons heeft vrijgekocht. Het is dan voor de hand liggend om ons totale leven en bezit aan Hem toe te wijden en ons te heiligen.
Gebedsbijeenkomsten (gebedsreizen of -marsen) op zogenaamde geestelijk besmette plaatsen is bijbels te verdedigen. ‘Spiritual mapping’, territoriale geesten vraagt veel meer terughoudendheid als we willen denken en handelen vanuit Gods Woord.
2. Bewaar je hart.
De bevrijder uit de langdurige en barbaarse slavernij van Egypte is de Here God. Deze onzichtbare God wil telkens op de eerste plaats in ons leven komen. In het tweede gebod worden afgodsbeelden verboden. Israëls bevrijder is dus niet een zichtbare gouden stierkalf. Ethicus Nullens geeft als commentaar op dit tweede gebod: ‘De beelden waren niet zozeer betekenisdragers dan wel krachtdragers. Men was er altijd van overtuigd dat beelden deel hadden aan hogere krachten, ze waren letterlijk ‘begeesterd’. Zo was er na het maken van een beeld een ritueel om het tot leven te wekken, om de krachten erin op te roepen. Ingaand tegen deze kijk op beelden, benadrukken de profeten herhaaldelijk dat er geen enkel leven in die afgoden zit. Ze zijn slechts hout en steen, en ze kunnen niet eens lopen. (Jer.10)66 Gesneden beelden (en later wordt toegevoegd: gegoten beelden) zijn niet toegestaan. De mens is het enige beeld van God. Altaren, gewijde stenen en gewijde palen, kortom het hele scala van heidense religiositeit en spiritualiteit, worden verboden, ongeacht het gebruikte materiaal of de vervaardigingstechniek.67 Ook gewijde palen, stenen, bijzondere plekken kunnen een houding oproepen die de Here God verbiedt. Wat in het verhaal wel centraal staat, is het vermogen van mensen om Hem te vergeten of in te ruilen. De houding van het hart ten opzichte van de God van Israël, is het centrale punt. Het mes wordt niet primair in stenen, beelden of palen gezet, maar in de overspelige neiging van het menselijk hart (Ex.34:14-16).68 Ten diepste schuilt het gevaar dus niet in betoverde voorwerpen, maar in ons hart.
3. Besef dat er diverse broeders en zusters een en ander verschillend ervaren.
Over dit onderwerp wordt onder christenen verschillend gedacht. Reacties zijn bij de schrijver zijn trouwens welkom. De ene christen is hier duidelijk gevoeliger voor dan de andere. Over het algemeen zijn vrouwen fijnbesnaarder en gevoeliger voor het bovennatuurlijke. De een heeft er een (gevoeliger) antenne voor dan de ander. De eigen waarneming kan gemakkelijk verheven worden tot de enig ware. Er zijn frappante verhalen bekend van christenen die blijkbaar door (bescherm)engelen beschermd zijn tegen vervloekingen en fysiek geweld.69 Maar dat wil niet zeggen dat elke christen gevrijwaard is van elk boos opzet. ‘Allergische’ mensen doen er verstandig aan goed naar hun geweten of intuïtie te luisteren en op te letten, anders brengen zij zichzelf in grote problemen. De ongevoeligen (‘sterken’) en overgevoeligen (‘zwakken’) dienen met liefde en respect met elkaar om te gaan, zonder elkaar aanstoot te geven. Paulus schrijft erover in verband met het vlees dat eerst aan afgoden is geofferd. Een discussiepunt binnen de gemeente van Korinthe was of je dit vlees nu wel of niet mocht eten. Was dit vlees occult besmet? ”Wat nu het eten van offervlees betreft, wij weten dat er geen afgod in de wereld bestaat en dat er geen God is dan Eén. ...Want sommigen, in hun geweten nog niet los van de afgod, eten (dit vlees) als een afgodenoffer en hun geweten dat zwak is, wordt erdoor besmet. Nu zal wat wij eten, ons niet bij God brengen; eten wij niet, wij zijn er niet minder om; eten wij wel, wij zijn er niet meer om. ... Daarom, indien wat ik eet, mijn broeder aanstoot geeft, wil ik in eeuwigheid geen vlees meer eten, om mijn broeder geen aanstoot te geven. ...ben ik ervan overtuigd, dat niets op zichzelf onrein is voor wie het als onrein beschouwt.”70 Niet het vlees was dus besmet, maar het geweten. Maar als de eerste christenen al moeite hadden met vlees dat aan afgoden was geofferd, hoeveel te meer met de afgoden en afgodsbeelden zelf. De realiteit van besproken of betoverde voorwerpen moeten we dus wel serieus nemen.
4. Wees niet selectief, maar consequent in de grote schoonmaak of heiliging.
Gods Woord legt ons niet haarfijn uit waarom bepaalde voorwerpen verwerpelijk zijn, of voorwerpen occult belast kunnen zijn en hoe dat dan precies werkt. God vraagt geen begrip (‘Begrijp je Mij nou?’), maar wel geloof en gehoorzaamheid (‘Doe wat ik je vraag!’). Het houden van de wet is voor je eigen bestwil.71God is heilig en wil dat wij heilig zijn, worden, en blijven. Gods toorn kwam over Israël, niet omdat ze niet godsdienstig genoeg waren, maar omdat ze teveel goden dienden: natuurlijk dienden ze de HERE, maar óók allerlei afgoden. Dit is echter een onmogelijke combinatie. Kies wie je dienen zult.
We kunnen wat onze argwaan voor occulte besmetting betreft wel heel selectief zijn. Een fetisjhut in Afrika is voor ons duidelijk verwerpelijk, maar dan ook de gokautomaat (afgod Mammon) of gelikte advertenties gericht op begeerte of snackbar (afgod de buik). Afgodsbeelden deugen niet, maar hoe kan je dan wel ongefilterd uren per dag doorbrengen voor de televisie of internet? En wat voor lectuur komt er in huis, welke muziek wordt er beluisterd? We kunnen niet twee heren dienen. Een screening van al onze bezittingen is passend, maar een heksenjacht in deze bezette wereld niet. De Heilige Geest wil leiden in heiliging, maar niet door achterdocht, schuldgevoel of angst.
5 Geen overschatting noch angst
Laten we oppassen voor overschatting en angst. Ook hier is angst een slechte raadgeefster. Dit artikel wil pertinent niet aanzetten tot ‘occultofobie’ of een heksenjacht tegen het paranormale.72 Door angsten komt men juist in de ban van wat men vreest. Boven alles en iedereen is Jezus Victor, Overwinnaar! Er zijn mensen die doorslaan in een extreme ‘anti- occult’ houding. Zo zou je geen kerstboom73 meer binnen mogen halen, je nooit mogen wassen met een washandje waarop een sterrenbeeld staat afgebeeld, enz. Het dragen van sterrenbeelden74 en het zogenaamde ban-de-bom-teken75 is voor een christen inderdaad ongepast, evenals het schokkend is om met een hakenkruis op te lopen.76 Een symbool is een herkennings-, merk- of veldteken waaruit blijkt bij wie/Wie men hoort. En wat communiceer je als je iets van het kledingmerk ‘Gsus’ (Jesus, Jezus) draagt? Het is anderzijds ook vreemd als een niet-christen wel met een kruisje (in veel verschillende soorten en betekenissen) loopt, terwijl hij of zij niet eens de betekenis hiervan weet of wil weten. Het dragen van sterrenbeelden hoeft nog niet te betekenen dat men ze als gelukbrengende voorwerpen ziet, maar deze astrologische symbolen kunnen wel die betekenis krijgen. Door het dragen van het oude christelijke ichtus (vis) -teken wordt men nog geen christen. En je bent evenmin Jood geworden als je een Davidster draagt. Op zich doen die afbeeldingen en voorwerpen niets, maakt het een christen niet tot een afvallige, noch een niet-christen tot een gelovige, want het gaat steeds weer om je hart.
Na een levensgevaarlijke schipbreuk spoelde ook Paulus, als gevangene op weg naar de keizer, aan op het eiland Malta. Daarna zeilden ze weg met een schip dat de ‘Dioskuren’ als kenteken of boegbeeld voerde. Dit is de enige keer dat de naam van een schip in de Bijbel wordt genoemd. De Dioskuren zijn de zonen of tweelingbroers van de Griekse oppergod Zeus: Castor en Pollux, en het derde sterrenbeeld van de dierenriem. Zij waren de schutspatronen van de scheepvaart en een geliefd object voor de toewijding van zeelui. Hun sterrenbeeld Gemini of tweeling werd als geluk beschouwd in een storm. Paulus had natuurlijk weinig kunnen doen om uitgerekend onder dit occult teken te gaan varen, want hij was slechts een gevangene. Hoewel, diezelfde gevangen Paulus bemoeide zich wel met de reis en vond het een ongeschikte en onverstandige tijd om uit te varen. Maar ook zijn metgezel en schrijver Lucas wijdt geen afkeurende woorden aan de naam van het nieuwe vaartuig. Waarom vermeldt Lucas toch uitgerekend deze naam? Misschien omdat Lucas, nog voordat hij dit schip had gezien, de naam als het eerste te weten kwam over dit schip.77 Paulus en Lucas komen, in tegenstelling tot de vorige reis, nu wèl veilig en wel aan.78 De Bijbel en de geschiedenis vertellen over dit soort wonderen. Maar of er zegen of vloek van uitgaat, bepaalt God. Voordat Paulus ons de wapenrusting aanbeveelt in Ef. 6, vermaant hij ons om ‘sterk te zijn de Heer’. Die relatie is belangrijker dan bezwerende Bijbelteksten gebruiken als geestelijke bescherming.79
De Godsmannen Paulus en Lucas gingen dus niet krampachtig om met dit ‘occult besmette’ schip genaamd ‘Dioscuren.’ Paulus’ focus was niet zozeer de bestrijding van de duisternis, maar de verkondiging van het koninkrijk van het licht, van God en Jezus.80 Laten we nuchter zijn en ons blijven concentreren op onze Heer Jezus Christus en de sterkte van Zijn macht en niet op satan en zijn trucs. De duisternis wordt het best bestreden door het licht aan te steken. Zoek occulte manifestaties niet op, maar ontloop ze evenmin als u ze tegenkomt. Ontmasker dan de duisternis. Bedreigender dan voorwerpen is het gevaar van een animistische denkwijze, die ons van de enige levende God kan afleiden. We zijn als een kwetsbaar kind geborgen bij de almachtige Vader, die ons door Zijn Geest waarschuwt tegen allerlei vormen van slavernij of gebondenheid en in Jezus’ naam ons bevrijdt van alle duisternis en angst.
1 Nini Thowok en Jailangkung, Bezielde objecten in Indonesië, Ruud Greve (Meppel: Print 4 u, 2011), ISBN 978.90.8101.923.1, p. 9
2 Totempalen tonen de dierengeesten, hun beschermende krachten, in stijgende hiërarchie. Ze worden voor woningen neergezet om de geesten te prijzen, ter bescherming en als ‘wijsheidsboek’, en vertellen de geschiedenis van de stam. De totempaal verbindt hemel en aarde met elkaar. Rituele en magische voorwerpen, Jeanne Ruland (Hoevelaken: Verba, 2005), p. 306
3 Een Mariabeeld in het Boelenspark in Volendam plengde in 1997 plots rode tranen. Een ander,plastic Mariabeeldje in een huiskamerkapelletje te Brunssum, werd in het laboratorium van het ziekenhuis van Heerlen onderzocht. De ‘tranen’ bleken van hars te zijn. Mirjam Keunen, Bedevaart in eigen land 658 plaatsen om te bezoeken, Algemeen Dagblad, Leefwereld [Uit!] 10-3-2005, pp.1, 12.
In totaal zou er 14 keer van bloedtranen sprake zijn geweest op het witte beeld van de ‘Heilige Maagd’ in de Italiaanse plaats Civitavecchia. Dit is een bovennatuurlijk verschijnsel volgens het plaatselijk bisdom. Tranen Mariabeeld ‘bovennatuurlijk’, De Telegraaf, 24-1-2005
Zie over de toenemende Maria-devotie de DVD Boodschappen uit de hemel Een Bijbels onderzoek naar de verschijning van de maagd Maria en andere bovennatuurlijke gebeurtenissen in de eindtijd. 78 minuten, ISBN 90-5798-181-5
4 Jeanne Ruland, Rituele en magische voorwerpen, (Hoevelaken: Verba, 2005), p. 200
5 Helene Bos, Sjaal van dalai lama niet zo onschuldig, Nederlands Dagblad, 13-6-2009
6 René van Westerlaak, De sjaal van de dalai lama, Nederlands Dagblad, 16-6-2009
7 Christelijke Encyclopeadie voor het Nederlandsche volk, 5e deel (Kampen: Kok, 1929), p. 733
8 van Dale Groot woordenboek der Nederlandse taal (Utrecht / Antwerpen: van Dale Lexicografie), 1999, p. 199
9 Charismatici waarschuwen tegen occulte souvenirs, Nederlands Dagblad, 22-7-1998
10 Num.21:8,9 en 2Kon.18:4
11 1Sam. 4
12 Jer.7:1-14
13 Erika de Jager, Handen en voeten geven aan je geloof (getuigenissen van vrijwilligers Henk en Margreet van Blitterswijk), Trans World Radio magazine 2017-2018, p. 21
14 Rituele en magische voorwerpen (oorspronkelijke titel: Rituelle und Magische Gegenstände) Jeanne Ruland (Hoevelaken: Verba, 2005), p. 288
15 dr. Kurt E. Koch, Christian Counseling and Occultism (Berghausen: Ev. Verlag 7501, 1972), p. 157
16 Jeanne Ruland, Rituele en magische voorwerpen (Hoevelaken: Verba, 2005), p. 272
17 J.I. van Baaren, Steen des aanstoots – een antwoord op de siersteen-kultus (Amsterdam: Moria, 1984)
18 Het animisme over ons, Visie 12-21 jan. 2005, p. 76
19 Gerard Feller, Tovenaars van de 20e eeuw (Hoornaar: His Printing, 1995) hoofdstuk 10 Marco Blankenburgh, Bio-regulator pp. 72-75
20 Irene de Zwaan, Uitvinder BioStabil-hanger wéér voor rechter, Nederlands Dagblad 4-1-2019
21 ds. W. Glashouwer, Occultisme, Gemeente reveil, nr. 5, p. 24, 1975
22 van Dale, Groot Woordenboek der Nederlandse Taal, 13e herziene uitgave, deel 3, p 3353 en dr. P.A.F. van Veen, Etymologisch Woordenboek, (Utrecht/Antwerpen: van Dale Lexicografie, 1989) p. 736.
23 Jeanne Ruland, Rituele en magische voorwerpen (Hoevelaken: Verba, 2005), p. 271
24 Jeanne Ruland, Rituele en magische voorwerpen (Hoevelaken: Verba, 2005), p. 288
25 Als het licht duisternis is... Rianne van der Smitte (Hoornaar: Gideon: 1989), p. 96
26 Zegen of vloek aan u de keus, Derek Prince (Gideon: Hoornaar: 1994), p. 63
27 Binnen het Rooms-katholicisme worden met relikwieën de overblijfselen bedoeld van het lichaam van heiligen of voorwerpen die met het lichaam van Jezus, Maria of een andere heilige in contact zijn geweest. Dergelijke voorwerpen worden, op volgorde van belang, in drie categorieën ingedeeld:
Eerste-graads relieken: lichamen of lichaamsdelen van overleden heiligen;
Tweede-graads relieken: voorwerpen die met Christus of een heilige in contact zijn geweest tijdens hun leven (kleding, schoeisel, gebruiksvoorwerpen, enz.);
Derde-graads relieken: voorwerpen die met Christus of een heilige in contact zijn geweest na hun dood (de Heilige Lans, lijkwades, aarde uit een graf,
enz.). ttps://nl.wikipedia.org/wiki/Relikwie
28 dr. Kurt E. Koch, Christian Counseling and Occultism (Berghausen: Ev. Verlag 7501, 1972), pp. 159, 160
29 Bram Waagmeester, Ik sloot een bloedverbond met de godin Joyce de Jongh was heks, CV.Koers, maart 2005, p. 30,
zie ook:Marloes van der Welle, Het geheim van de godin (Vaassen: Medema / Telos, 2005), p. 55
30 Die Magie, Koch (Berghauzen z.j.) p. 21, geciteerd in dr. W.J. Ouweneel, Het domein van de slang, christelijk handboek over occultisme en mysticisme (Amsterdam: Buijten & Schipperheijn, 1982), p. 241
31 In de oosterse traditie is de draak een symbool van geluk, in het westen een symbool van de eeuwig vernieuwend levenskracht en werd hij zeer vereerd door de Kelten en Germanen. In christelijke kringen werd hij een teken van het kwaad, gold hij als schender van onschuld, belichaming van chaos en beschermer van duistere krachten. Jeanne Ruland, Rituele en magische voorwerpen (oorspronkelijke titel: Rituelle und Magische Gegenstände) (Hoevelaken: Verba, 2005), p. 286
32 Derek Prince, Zegen en vloek aan u de keus (Gideon: Hoornaar, 1994), pp. 21-23
33 Nini Thowok en Jailangkung, Bezielde objecten in Indonesië, Ruud Greve (Meppel: Print 4 u, 2011), ISBN 978.90.8101.923.1, p. 11
34 Animisme (1) ingezonden brief van R. van Linschoten te K.a.d. IJ.in Visie, 19-25 feb. 2005
35 Maskers met dierlijke elementen worden vaak bij helingsrituelen gedragen, waarbij de drager van het masker de kracht van de dierlijke geest of die van de demon die de ziekte heeft veroorzaakt, bezweert. Dan strijdt hij daarmee op geestelijk niveau. Als de demon is overwonnen, verdwijnt de ziekte meteen of uiterlijk de volgende dag. Jeanne Ruland, Rituele en magische voorwerpen, (Hoevelaken: Verba, 2005), p. 152
36 Maskers, ingezonden brief van Martien Timmer in het Reformatorisch Dagblad van 14-4-2005 en Het animisme over ons, Visie 12-21 jan. 2005, p. 76
37 De laatste twee getuigenissen komen van dhr. R. van Linschoten.
38 W.C. van Dam, Demonen eruit in Jezus 'naam (Kampen: Kok, 1974), pp. 33-36
39 Het geloof in Geesten, ds. Somsak, toespraak voor een groep Duitse toeristen op 7-2-1989, Marburger Missions Magazin nr. 2 & 3 1990, geciteerd in EZA, jan. 1991, p. 17, 18
40 B.O. de Vries (psychiater), Bevrijdingspastoraat kiest kant van Redder, Nederlands Dagblad, 18-4- 2008
41 Nini Thowok en Jailangkung, Bezielde objecten in Indonesië, Ruud Greve (Meppel: Print 4 u, 2011), ISBN 978.90.8101.923.1, p. 14
42 https://www.operatiemobilisatie.nl/news/honger-naar-het-goede-nieuws 23-8-2019
43 Diederik van Dijk, Duivels dichtbij, Nederlands Dagblad 7-8-2018
44 Gen.28:18, 22, 31:13, 45
45 Gen. 12:6, 13:18, 14:13, 18:1, 35;4, Deut.11:30, 1Sam.10:3
46 Bijbelse Encyclopedie (Kampen: Kok, 1975) deel 1, p. 83
47 Richt.6:25-30, zie ook Ex.34:13, Deut.7:5, 12:3, 16:21, 1 Kon.14:15, 16:33, 2Kon.13:6, 17:16, 18:4, 21:3, 23:6, 14, 15, 2Kron.14:3, 17:6, 24;18, 31:1, 33;19, 34:3, 4,7, Jes.17:8, Jer.17:2, Micha 5:13.
48 Gen.31:34, 1Sam.15:23, 19:13, Eze.21:21, zie ook Joz.4, 2x12 stenen, Joz.24:26, 27 een steen als getuige
49 Gen. 31 en 35
50 Ds. J. Koppelaar, Mag ik alternatief behandeld worden? (Leiden: Groen & Zoon, 1993) pp. 103, 104, 126
51 Ex.30:26-28, 40:9-11, Lev.8:10, Num.7:1, 10, 84, 88
51 Ex.39:43
53 Ex.40:35
54 1Kon.8:11, Jes.6:1, Op.15:8
55 Eze.8, 9, 10
56 Eze. 43:4,5 44:4
57 Lev.18:25, 18:28, 20:3, Deut.21:1-9, 32:43, Ps.106:38, Jer.2:7, 7:30, 32:34, Eze.9:7, 36:17, 18
58 2Kon.23:8, 10, 16
59 2Kon.6:1-7
60 Ex.4:1-4, 7:8-13
61 Gen.44:5, 1Kor.10:20, 21
62 die hij gebruikte bij zijn werk als tentenmaker of doeken van anderen die men tot Paulus bracht? Hd.19:11, 12 Evangelist en gebedsgenezer Jan Zijlstra maakt hier vaak dankbaar gebruik van. Jan Zijlstra, Hoe genezing tot ons komt, deel 1 Genezing door zweetdoeken, Immanuelgemeente, onderwijsserie over Bijbelse genezing.
63 Deut.4 :28, Ps.115:4-8,135:15-18, Jes. 31:7, 44:6-20, 45:16,20, 46:6, 7 Hab.2:18,19, Hand.17 :29
64 Ezech.13:18-23
65 Deut.7:25, 26
66 P. Nullens, 10 Woorden van leven (Herenveen: Medema, 2013), p. 84
67 Ex.20:4, 34:13, 17
68 Pieter van Kampen, ‘Gesneden beelden’ anno 2002, IDEA, p. 29, feb. 2002
69 Hand. 12: De moord van Herodes op Jacobus en de bevrijding van Petrus door een engel.
70 1Kor.8:4-8, 13 (NBG), Rom.14:14 (NBV)
71 Deut.4:40, 5:29, 33
72 Genezing en bevrijding, deel 3 bevrijding en innerlijke genezing, dr. K.J. Kraan (Kampen: Kok,1986) p. 49
73 ‘Altijdgroene bomen houden geesten tegen en verbannen ze, zodat ze geen wandaden meer kunnen begaan. Dat was een van de redenen waarom ze op begraafplaatsen werden geplant. De dennenboom was aan Attis en Cybele gewijd, terwijl de spar als levens als levensboom van Christus gold.’ Jeanne Ruland, Rituele en magische voorwerpen (Hoevelaken: Verba, 2005), p. 282
74 Gilbert Mouël, Astrologie en christelijk geloof (Averbode: Callenbach, Altiora, 1995); van Baaren, Dierenriem? (Amsterdam: Moria, 1973)
75 Dit teken, ook wel Aldermaston-Vredessymbool, Heksenvoet, en Nerokruis genoemd, is een omgekeerd kruis. Dit teken is eeuwen later gekozen als protest tegen een atoomoorlog. De oorsprong van dit symbool is heel oud en anti-christelijk. E. Smit, Vredesteken van de bom? (Amsterdam: Moria, z.j.)
76 Voor nog meer toelichtingen op occulte symbolen: zie Promise okt. 2002, pp. 10-19
77 F.F. Bruce, The Book of Acts, The New International Commentary on the New Testament, revised edition, (Michigan, Grand Rapids: W.B. Eerdmans Publishing Company, 1989, p. 501, Citaat van Ramsay: St. Paul the Traveller, p. 346
78 Hand.28:11-13
79 Arie Verduijn, Occulte geladenheid? Nederlands Dagblad, 12-9-1998 en Pionier, nov. 1998, p. 3, 4, zie verder: Joel Valk, De goden verzoeken Kan religieuze kunst een occulte belasting overbrengen? CV.Koers, maart 2006, pp. 78, 79
80 Hand.28:23
Niets uit dit artikel mag worden zonder uitdrukkelijke toestemming van de stichting en de auteur/vertaler worden overgenomen, gekopieerd of gebruikt worden. Uiteraard mag volgens de gangbare regels van bronvermelding er wel naar verwezen worden in andere publicaties. Neem bij twijfel eerst contact met ons op via het contactformulier.